Hoofdstuk 10
Koken


Martijn deed open met een schort voor en een koksmuts op.
Mayanda vroeg lachend: "Klopt het dat hier een tafel is gereserveerd voor twee personen?"
"Kom binnen. Ziet dit er echt uit of niet?"
Beter dan deze kamer, dacht Mayanda terwijl ze de steriele zithoek overzag. Maar ze zei plagerig: "Loop je er altijd zo bij als je een eitje gaat bakken?"
"Nou vergis jíj je eens een keer. Wat ik vanavond voor je maak, kun je alleen in het Hilton krijgen."
"Hou je me nou voor de gek?"
"Nee, echt niet. En deze kamer is niet veel soeps, hè? Ik zie het je denken."
"Het zou niet erg aardig klinken als ik dat zei. Ik ben hier te gast."
"Wat deze kamer betreft heb je gelijk. Maar van dat eten is ook waar. Mijn vader is toevallig chef-kok en ik heb het een en ander van hem geleerd. Speciaal voor jou maak ik een paar van zijn geheime recepten klaar."
"Nou, nou, ik voel me zeer vereerd."
Martijn glunderde.
"Zo zie je maar, je kunt van mij ook nog wat leren! Maar nu moet ik natuurlijk wel naar de keuken."
"Mag ik kijken?"
"Vooruit dan maar, dat is wel zo gezellig. Maar veel fijne kneepjes zul je ziet zien, want ik heb het meeste werk al van te voren gedaan."
"Ach, ik ben toch te lui om uitgebreid te koken."
"Schrik dan maar niet van wat je hiernaast ziet."
Mayanda keek hem onderzoekend aan. "Staat er nog een afwas van een week, of zo?"
"Kom nou maar mee," grinnikte Martijn.
Mayanda was voorbereid, maar toch overweldigde de aanblik van de keuken haar. In de eerste plaats vanwege het formaat. Hij was minstens zo groot als de woonkamer.
"Ik heb er een slaapkamertje bijgetrokken. Hier leef ik." In het midden bevond zich een reusachtig fornuis. "Via mijn vaders werk," lichtte hij toe terwijl hij Mayanda's blik volgde. Die ging via een grote eikehouten tafel met robuuste stoelen bij het raam naar een wand met in het midden een schouw en aan weerszijden kasten met glazen deuren waarachter stapels serviesgoed zichtbaar waren. "Dat kwam van een concurrent die failliet ging."
Aan de derde muur was een lang aanrecht, waarboven dikke planken doorbogen onder het gewicht van flessen, potten en pannen. Tussen de onderste plank en het aanrecht hingen messen en ander kookgerei. Naast de deur bevonden zich nog een kolossale ijskast uit de jaren vijftig en een kast met kookboeken.
"Je kunt wel zeggen dat koken een hobby van me is. Proef dit maar vast." Hij zette een schaaltje gevulde olijven voor haar neer en schonk een glas wijn in. Vervolgens ging hij aan het werk. In een mum van tijd stond het aanrecht vol schalen met gemarineerde gerechten, voorbewerkte sauzen en ingesneden groenten en vruchten. Soepel bewoog hij zich heen en weer tussen aanrecht, ijskast en fornuis. Roerend, snijdend, kloppend en keurend gaf hij de maaltijd gestalte. Hij leek zich van Mayanda slechts vagelijk bewust, maar toch was het juist haar aanwezigheid waardoor hij zichzelf overtrof.
Ze keek toe en zag hoeveel liefde Martijn in zijn werk legde. Dit is echt vakmanschap, dacht ze. Hij is één met zijn gereedschap en zijn materiaal. Hoe mooi zou het zijn als hij zich van die energie bewust kon worden.


Naar: hoofdstuk 11

Terug naar: begin van dit hoofdstuk