|
Dag 2
Vrijdag 19 januari 2007 Nairobi -> Maji-Moto.
’s Ochtends vroeg komen we
aan op Nairobi airport. Het was een turbulente vlucht, maar al met al
zijn we veilig op de plaats van bestemming. Na de nodige formaliteiten
worden we buiten opgewacht door de chauffeur van deze reis “Lelei”. Een
grote zwarte man. Het is trouwens zeer mistig. Na verloop van tijd zijn
we compleet en rijden we naar het hotel. Van slapen komt niets, we
moeten al bijna weer op pad. Dus maar even gebadderd (heel mooie kamer
met mega balkon en pluche rood bankstel). Na een heerlijk ontbijt (echt
van alles) gaan we dan op pad. Boodschappen doen en dan door naar
Maji-Moto. De mensen zijn erg moe, vanwege de overgeslagen nacht.
Slechts 1 stel, een moeder en dochter, die waren al in het land, hebben
hier geen last van. Na enige tijd stoppen we bij een mooi uitkijk punt
met Massai winkeltjes, we filmen en kopen 4 lavastenen dierfiguurtjes,
na flink (nou ja toch nog niet flink genoeg) te hebben afgedongen. (We
hadden geld gewisseld bij het
winkelcentrum van de supermarkt). De Massai wilde echter niet worden
gefotografeerd. De reis ging verder en om 12:30 uur stopten we langs de
kant op een mooi punt voor de lunch. Het was weer een grote herinnering
aan onze vorige trips. De grote tafel en de klapstoeltjes. We kwamen
weer even bij. Ook kon er een sanitaire stop worden gemaakt. Een smal
houten keetje met een groot gat in de grond. Na de lunch hap naar Narok,
er moest nog een gasfles worden gekocht. Vandaar de omweg. Narok is een
echt Afrikaans stadje met de bekende chaotische markt. We stoppen bij
een tankstation aan de doorlopende weg. Snel nog wat foto’s en voor Ton
een sigaretje en we gaan weer op reis. We
komen nu echt in wild gebied en we zien de nodige dieren onderweg. Eerst
een
heleboel gieren, praktisch langs de kant van de weg. Daar lag een
dode Zebra, echt heel dichtbij, en wat zijn ze groot. Na Giraffen en
Zebra’s zien we een Koribustard (trap). De grootste nog vliegende vogel,
echter deze liep parmantig op en neer. We zagen nog antilope, gnoes,
zebra’s en met de verrekijker elandantilopen. We hebben echt geluk
gehad. Na zo’n 5 uur gereden te hebben komen we in Maji-Moto aan. We
werden verwelkomd door Charles (de Massai naam leek getoilet). Hij
hielp ons met de nieuwe (lees vreemde) Sawadee tentjes op zetten. Hij
zag er mooi kleurrijk uit, en had een stok, speer en een groot mes. De
volgende dag vertelde hij dat hij met de speer een Hyena (deze viel een
schaap aan) en een buffel had gedood.
We reorganiseren het tent
interieur en we krijgen te horen dat de washokjes met de toiletten
(gesponsord door Sawadee) kapot zijn. Dus niet wassen en toiletten op
een zelfde hutje met gat als onderweg. Het geeft allemaal niets, het is
hier echt mooi. We logeren bij een schooltje en de kinderen lopen
geregeld langs. Een leuk gezicht en ze groetten ons enthousiast. Het is
tenslotte etenstijd heerlijke soep gemaakt door Suzie onze kokkin.
Gevold door pasta met gehakt en groente. Het smaakt ons goed. Na het
eten een rondootje. Iedereen vertelt iets over zich zelf. Het is een
hoog opgeleid geheel. Nog wat drinken en we gaan snel slapen.
|