Bas' Kahler geschiedenis 2003-2005
Ziekenhuizen
In korte tijd werd ik van volledig onervaren patiënt een zgn. professionele patiënt. Ik ben in drie ziekenhuizen geweest en had ze drie weken lang van binnen bekeken. Door gebrek aan ervaring denk je in het begin dat alles wel goed geregeld is. Maar langzamerhand ontdek je dat je zelf ook goed je aandacht erbij moet houden. "Volgens mij had ik dat zakje de vorige keer niet aan het infuus". "Oh ja? Oh, inderdaad. U hebt geen VAD-kuur, maar een AD-kuur met Thalidomide". Soms kreeg ik medicijnen, die ik niet moest hebben of miste ik medicijnen die ik wel moest hebben. Ik heb snel allerlei medicijnen (-namen) leren kennen en als ik de namen niet onthield schreef ik ze op.
Door de tocht langs de drie ziekenhuizen heb ik ook gezien wat een verschil er is tussen ziekenhuizen. Wat betreft verpleging was er weinig verschil. Niets dan lof voor de artsen en verpleegkundigen in alle drie de ziekenhuizen. Maar qua comfort is er wel wat verschil. Van het Overvecht ziekenhuis heb ik niet veel meegekregen, maar Sandra vond het een verschrikkelijke oude boel. In het Oude Rijn heb ik een week gelegen. Dat was ook oud en was naar onze mening al 10 jaar geleden aan sloop toe. Een verpleegkundige zei, dat het vast en zeker is ontworpen door een architect die nog nooit in een ziekenhuis had gelegen. Een heel gehorig en onmogelijk gebouw. Het Antonius was een verademing. Prettige kleuren. Prettig gebouw. Goede bedden, die de patiënt zelf elektrisch kan verstellen. Rustig, ondanks de drukte op de afdeling.
En voor de behandeling van MM is het ook verstandiger naar een groter ziekenhuis, zoals het Antonius, te gaan, waar Hovon studies worden gevolgd en veel meer ervaring is met MM. Omdat er per jaar maar 700 tot 800 nieuwe MM-patiënten bijkomen zien de kleine ziekenhuizen te weinig patiënten om voldoende ervaring op te bouwen met MM.