De Dalton gaat naar Istanbul

Istanbul, voorheen Byzantium en Constantinopel geheten, is de grootste stad van Turkije.
De stad heeft een zeer strategische ligging. Ze ligt in het westen van het land, deels in Europa, deels in Azië, en is daarmee de enige stad ter wereld die in twee continenten ligt.



De Bosporus, die Europa van Azië scheidt, loopt door Istanbul heen en komt in het zuiden in de Zee van Marmara en in het noorden in de Zwarte Zee uit.

Twee bruggen over de Bosporus verbinden Europa met Azië.

De Basilica Cisterne

Op zondag 14 oktober vertrekken we naar deze wereldstad. De reis is 's nachts, dus vermoeiend.
We komen om vijf uur in de ochtend aan. Na vier uurtjes slapen, begint het programma met een bezoek aan de Basilica Cisterne.

Deze bezienswaardigheid (ook wel Yerebatan Sarnici genoemd) is een 6e eeuwse ondergrondse wateropslagplaats. Je zal hem snel over het hoofd zien, hij ligt namelijk zes meter onder de grond!
Hij werd tussen 532 en 542 voor keizer Justinianus aangelegd als wateropslagplaats voor zijn paleis. Justinianus gebruikte oude pilaren en stukken steen van oude gebouwen om dit gigantische reservoir van 70 bij 140 meter te bouwen.

Het dak wordt ondersteund door 336 pilaren. Het water werd door een aquaduct aangevoerd vanaf de Zwarte Zee over een lengte van 20 km. Vroeger zat het tot de nok gevuld met water, zo'n 80.000 m3.
Het water werd gebruikt om een gedeelte van de stad van water te voorzien tijdens langdurige belegeringen. Helaas werd het uiteindelijk als vuilstortplaats gebruikt en werden er zelfs lijken in gegooid. Het is uiteindelijk een aantal keren opgeknapt en de laatste opschoning en restauratie vond plaats tussen 1985 en 1988. Als je goed kijkt zie je 'spookvissen' in het water zwemmen. Helemaal achterin liggen twee steenblokken met Medusahoofden die hier op onbekende wijze zijn beland.

De Blauwe Moskee

De Blauwe Moskee wordt in Istanbul zelf de Sultan Ahmet Camii genoemd (Cami = moskee).
Sultan Ahmet I (hij regeerde van 1603 - 1617) liet deze moskee bouwen tussen 1609 en 1616.
De Blauwe Moskee heeft een centrale koepel van 33 meter doorsnede, hier omheen zijn lagere koepels zijn geplaatst. De moskee heeft zes minaretten. Het aantal minaretten stond symbool voor de rijkdom van de sultan. Maar de islamitische wereld reageerde boos op het aantal van zes minaretten, omdat de Grote Moskee in de heilige stad Mekka er ook zes had. De sultan loste dit op door die moskee een zevende minaret te schenken.

Hij kreeg de naam Blauwe Moskee niet om het interieur, wat gedecoreerd is met 20.000 handgeschilderde blauwe, roodbruine en groene tegeltjes, maar omdat vele blauwe tegels te zien zijn aan de buitenkant van de moskee.

Het Topkapi Paleis

Het Topkapi Paleis was lange tijd het regeringscentrum van het Osmaanse Rijk, nadat Mehmet de Veroveraar (II) tussen 1459 en 1465 de bouw van het paleis tot stand had gebracht. Het paleis kreeg maar liefst vier binnenplaatsen. Ook sultan Süleyman voelde zich er thuis en liet het paleis 50 jaar later uitbreiden tot een enorm complex, dat dienst ging doen als regeringscentrum van het Osmaanse Rijk.

Door de eeuwen heen is Topkapi gegroeid en veranderd, maar het paleis bestaat nog steeds uit de vier originele binnenplaatsen. De eerste binnenplaats ('court of the Janissaries') was toegankelijk voor alle kooplui en voor hen was de tweede binnenplaats verboden terrein. De tweede binnenplaats werd gebruikt voor zaken doen en het regeren van het keizerrijk. Alleen de sultan zelf en de 'valide sultan' (de moeder van de sultan) mochten te paard door 'the middle gate' naar binnen. Deze binnenplaats heeft een mooi park in het midden met daaromheen de gebouwen. Hier bevinden zich de ingang tot de haremgebouwen en de paleiskeukens waar voor de 5000 inwoners van het Topkapi paleis werd gekookt.

Gedurende de Ottomaanse regeerperiode voerde sultan na sultan hier tot de 19de eeuw het regiem. Mahmet II (regeerde van 1808 - 1839) was de laatste keizer die het paleis bewoonde.
Hierna wilden de sultans liever in grote paleizen in Europese stijl (zoals het Dolmabahçe paleis) aan de oever van de Bosporus wonen.

Haghia Sofia (Aya Sofya)

De oorspronkelijk op deze plaats staande kerk uit de vierde eeuw werd door brand verwoest.
Omstreeks 536 werd het huidige gebouw in vijf jaar, door ruim 20.000 bouwvakkers, gebouwd.
Het materiaal werd aangesleept uit verschillende hoeken van de wereld. De Aya Sofya heeft geen stalen constructie en geen versterkt beton, wat uniek is voor een gebouw van deze grootte.
Bij binnenkomst zien we meteen een enorme stellage staan in het midden van de kerk tot en met het plafond, de hoge koepel. Dit restauratiewerk zal nog jaren duren en wordt gesteund door Unesco.

In 559 stortte de kerk bij een aardbeving in. Hij werd weer herbouwd door middel van een speciale constructie van 40 massieve balken, gemaakt van speciaal licht, poreus materiaal. De Aya Sofya was eeuwenlang de grootste kerk ter wereld. Hij meet 55 meter hoog en heeft een doorsnede van 31 meter. Na de verovering door het Osmaanse Rijk in 1453 werd de Aya Sofya een moskee en werden er de vier minaretten bij gebouwd.

Schilderingen, zoals een Christus figuur uit de 14de eeuw, werden bedekt door pleisterwerk.
In een moskee mogen namelijk geen afbeeldingen van mensen zijn. Op de eerste verdieping van de kerk bevindt zich de galerie met de mooist bewaard gebleven mozaïektegels.
In 1934 besloot Atatürk dat de Aya Sofya voortaan een museum zou zijn.
De prachtige oude mozaïeken werden opnieuw zichtbaar gemaakt.

Opmerkelijk zijn de rijen Japannertjes in het museum. Ze staan voor de gekste en kleinste dingen in de rij. De Daltondames maken hierop een parodie door een nepattractie te creëren.
Helaas sluit geen enkele Jappanner zich in de rij aan, maar lol hebben we wel!

Het Dolmabahçe Paleis

Het Dolmabahçe Paleis, schitterend gelegen aan de oever van de Bosporus, werd in 1856 gebouwd in opdracht van Sultan Abdul Mecit. Het gebouw heeft maar liefst 285 kamers, 46 zalen, 6 badkamers en 68 toiletten, verdeeld over drie verdiepingen. Elk vertrek baadt in weelderige luxe. Het bouwproject kostte een vermogen en ging ten koste van de Osmaanse schatkist. Het paleis was de laatste residentie van de Ottomaanse sultans.

Het Dolmabahçe paleis is overvloedig gedecoreerd met marmer, porselein, kristal en goud. In het paleis is nog een traditionele verdeling tussen de staatsvertrekken en de privé-vertrekken, waar ook de harem zich bevond.

Hoogtepunten van het bezoek aan het Dolmabahçe Paleis zijn de prachtige balzaal met zijn rijkelijk versierde koepel, de enorme glazen trap en de hoofdbadkamer, waar de kranen van puur zilver zijn gemaakt en de wanden van Egyptisch alabaster.

Na de val van het Ottomaanse rijk stond het paleis tijdelijk leeg, totdat de eerste president van de republiek Turkije, Atatürk, er zijn intrek nam. Hij heeft er gewoond tot aan zijn dood in 1938.
Alle klokken in het paleis zijn stilgezet op kwart over negen, het tijdstip van zijn dood.

Je kunt je gemakkelijk een voorstelling maken hoe de sultan hier vroeger met zijn harem heeft gebivakkeerd.

Een dagje naar een Turkse school

Op woensdag bezochten we een school in het Aziatische deel van Istanbul.

Daltonezen en Turkse leerlingen gaven presentaties.

De Bazaar

Kapali Çarsi is de beroemde Grote Bazaar waar handelaren al eeuwenlang hun waar aan de man brengen. Je vindt er ontelbare schatten, snuisterijen en heerlijk ruikende lekkernijen in 65 overdekte passages met maar liefst 4000 winkels! Het is er steeds zeer druk en bestaat al sinds het midden van de 15e eeuw. Opdringerige koopmannen en afdingen horen erbij!
De Daltonezen hebben het afdingen tot sport verheven.

De oudste gedeelten zijn de Sandal Bedesten (stoffen) en Cevahir Bedesten (sieraden-juwelen).
De straatjes zijn genoemd naar het soort handelswaar.

Stadswandeling door de orthodoxe, joodse en christelijke wijk

Op donderdag maken we een lange wandeling door de orthodoxe, joodse en christelijke wijk.
Eerst bewonderen we de Süleymaniye Moskee, die we op ons pad tegenkomen.

De Süleymaniye Moskee werd ontworpen door de architect Sinan in opdracht van de Ottomaanse sultan Süleyman I. De bouw duurde van 1550 tot 1557.

Deze moskee is nog in gebruik, dus moeten de dames een hoofddoekje dragen en iedereen moet zijn schoenen uit doen.

Het interieur is zeer indrukwekkend. Deze moskee is minder toeristisch dan de blauwe moskee, maar zeer zeker niet minder de moeite waard.
Meneer Schmale vindt het nog erg moeilijk om links van rechts te onderscheiden.

We vervolgen onze weg langs slingerweggetjes en over schots en scheef liggende straatstenen.



Deze wijk komt veel minder 'stads' over dan het centrum van Istanbul.

De paadjes lopen soms steil naar boven.

We passeren een aquaduct en lopen door een heerlijk herfstzonnetje.

We gluren even binnen bij een Grieks-orthodoxe jongensschool, gehuisvest in een schitterend gebouw.

Tijdens de wandeling geven de leerlingen uitleg over de bezienswaardigheden.

We lopen een Grieks kerkje met zeer veel gouden ornamenten binnen en genieten van de rust in de tuin van de christelijke Chorakerk.

Bij de stadsmuur kan vrijwel niemand de verleiding weerstaan om naar boven te klauteren.

Vanaf dit punt heb je een schitterend uitzicht over Istanbul.

Waar je ook kijkt, de minaretten torenen overal boven de daken uit.

In de namiddag lopen we nog even door een gezellige, drukke winkelstraat.

Luieren op het Prinseneiland

Op onze laatste dag gaan we naar de Prinseneilanden.



De Prinseneilanden, een eilandengroep van negen eilanden in de Zee van Marmara, liggen circa 20 km ten oosten van Istanbul. Ooit waren zij verbanningsoorden voor Byzantijnse prinsen.

Gedurende de zomermaanden verblijven de rijke inwoners van Istanbul op de Prinseneilanden.

Auto’s zijn er sinds 1928 verboden, alleen de politie en het stadsbestuur beschikken over gemotoriseerd vervoer. Het vervoer gaat per paard, koets of fiets.



In de zomermaanden tellen de eilanden circa 40.000 bewoners, in de wintermaanden verblijven er slechts circa 6.500 mensen. Büyükada is het grootste eiland. De andere bewoonde eilanden zijn Kınalı, Burgaz en Heybeliada.

We krijgen gelegenheid genoeg om lekker te relaxen en te zwemmen. Tijdens de boottocht terug wordt er veel gefotografeerd.

In de namiddag is er nog gelegenheid om wat te winkelen of nog wat af te dingen op de bazaar.

Waterpijp roken

Ons laatste avondmaal nuttigen we in een restaurant waar we een schitterend uitzicht hebben op de Blauwe Moskee.

We sluiten de avond af met het gezamenlijk roken van de waterpijp.
We nemen plaats op kussens op de grond.

De eerste waterpijp wordt al snel gevolgd door een tweede, derde en vierde........

........in de smaken aardbei, meloen en kokos.

Het is nog best lastig om voldoende rook uit de pijp te krijgen.

Mooie wolkjes blazen is tot kunst verheven.

Het lijkt wel of we in een 'sixtiesparty' zijn beland.

Helaas moeten we vandaag weer afscheid nemen van Istanbul.
En................wat vonden jullie ervan?

 

Super!!!!!!!!

 

Robert & Els