JURYRAPPORT TRAXLERTROFEE 2002/2003
De Traxlertrofee is de schoonheidsprijs, die schaakclub EUWE toekent aan een partij van een van haar clubleden, gespeeld in het afgelopen seizoen. In aanmerking komen niet alleen fonkelende aanvalspartijen, maar ook spectaculaire zetten, miraculeuze ontsnappingen en curieuze stellingen op alle spelnivo’s.
De eerste partij is een gevecht uit de interne competitie tussen Westera en Moll. Een partij met twee gezichten. Westera, die zich op iedere verwikkeling inlaat, speelt Moll in een klassieke Siciliaanse aanvalspartij helemaal naar de Filistijnen. Met name de zet 17.Ld5 is daarin van adembenemende schoonheid. Moll valt echter net niet helemaal om. Hij hangt in de touwen, en hangt en hangt en blijft hangen, tot in een toreneindspel met twee pionnen minder. Weer blijft hij hangen totdat het plotseling remise is. Een fantastisch kooigevecht met twee winnaars.
De tweede partij is de partij die Christophe wint voor het derde team tegen Kotmans. Niet zozeer de spelvoering als wel het esthetische aspect van deze partij is uitzonderlijk. Christophe offert enige pionnen en een kwaliteit voor een aanval op de zwarte velden. De matbeelden die in de partij volgen zijn fraai thematisch en bijna mathematisch. De slotbeelden zijn van een schoonheid die in een partij zelden werkelijk op het bord verschijnt.
De tweede prijs gaat naar de overwinning van Nijenhuis op Salomons uit de interne competitie. In een briljante aanvalsconceptie offert Nijenhuis met zwart in een vroeg stadium een stuk en een toren om de witte koningsstelling open te scheuren. Deze principiële aanvalspartij had door Aljechin gespeeld kunnen worden. Een harmonieuze conceptie van Sjirovachtige complexiteit gecombineerd met een vooroorlogse helderheid.
En dan nu de eerste prijs. |