De Oplevering

Mijn eerste oplevering, ik had bijna iets feestelijks aangedaan maar een oplevering blijkt een prozaisch iets.

Om half elf stond er een soortement straatschoffie op me te wachten, dat bleek de aannemer. Hij schudde
mijn hand, gaf me de sleutels en vertelde mij dat dit nu de woonkamer was, wees naar diverse stopcontacten
en andere gaatjes in de muur en zei dat dat dus de stopcontacten en andere aansluitingen waren, richtte zijn
blik naar links en beschreef de open keuken, het balkon en de kast.

Een draai om zijn as en hij liep de ruimte uit. In de gang zei hij even dat dit dus de gang was, daar de bad-
kamer, achter die deur het toilet en daar dan de CV-kast. Alleen dat laatste bleek de moeite waard om nader
te bekijken en uit te leggen. Vol begrip keek ik naar een metertje, dat kende ik! Maar nee, zuchtte de aan-
nemer, dat was helemaal niet de drukmeter die met water op peil gehouden dient te worden, die zat in de
badkamer namelijk. Oh. Terug naar de badkamer en zowaar. Hij begreep nu dat ik niet zo heel veel verstand
van installaties heb en we togen terug naar keuken om mij dan ook maar het ventilatiesysteem uit te leggen.
Voor alle zekerheid werd mij nu ook voorgedaan hoe de ramen opengaan en de ventilatieroostertjes daarboven.

Pas na langdurig knikken mijnerzijds, en alles een keer nadoen, liepen we naar de slaapkamer. Dit was de eerste
slaapkamer, oftewel de grote. Dat klonk goed, ik meende slechts e'e'n slaapkamer te hebben. Maar het bleek
dat hij mijn beoogde studeerkamer de kleine slaapkamer noemde, of misschien wel de slaapkamer van de kleine,
dat is me ontgaan. Er zaten namelijk rare kastjes met een klein rood lampje onder de ramen. Alweer ventilatie,
zo bleek. Had ik soms een speciaal appartement voor zware rokers gekregen? Maar de aannemer was alweer
verdwenen, spoelde eenmaal de WC door ter demonstratie (ik begon me steeds dommer te voelen), pakte mij
mijn sleutels weer af en opende de meterkast, in het trappenhuis.

Dat leverde nog een klucht voor twee personen op. Terwijl wij naar de verschillende 'groepen' keken, ging de bel.
En ik ben op dit moment nog de enige die mijn nieuwe adres kent, dus dat was wat vreemd. De aannemer knikte
zijn hoofd naar de intercom als ware het een bevel. "Hallo?" riep ik iets te hard. Ik hoorde alleen wat straat-
geluiden en vertelde dat de aannemer, die reageerde door mij de knopjes van 't ding uit te leggen.

Nog een keer "hallo?", maar geen wezenlijk verschil. Terug naar de meterkast, en weer ging de bel. "Grapjassen!"
riep de aannemer naar beneden, zelf ging ik naar mijn studeer- dan wel kinderkamer, opende het raam en keek
naar beneden. Niemand. Voor de derde keer ging de deur van de meterkast open en voor de derde keer ging de bel.

Er begon mij wat te dagen, en net toen de aannemer (zelf het belletje-trekken nauwelijks ontgroeid) briesend
naar beneden wilde gaan, kon ik hem laten zien hoe de deur van de meterkast, bij wijd openslaan, tegen de
deurbel sloeg.

Nu had hij er geen zin meer in geloof ik, de groepen, stoppen, en weet-ik-veel werden afgeraffeld, de sleutels
wederom in mijn handen gedrukt en met een 'goede verhuizing he!' verdween de aannemer en ik deed de deur
achter hem dicht.

Terug in de woonkamer zag ik een gracht onder me met wat woonboten. Aan de overkant een kerkje annex
monniken-klooster, de Westertoren rechts op de achtergrond en de zon scheen. De stad had, voor mijn op-
levering, wel iets feestelijks aangedaan vandaag.



Moniiq

terug