RAAD

                Neem nooit een dichter, m'n dochter.
                Zo een met een dichterskop,
                zo eentje met lange haren,
                zo een op een zolderkamer,
                zo een wordt er ook met de jaren
                niet monogamer op...

                Wat jij in hem liefhebt, dochter,
                staat al in zijn bundeltje Donkere sneeuw.
                Daarin staat al het verhevene.
                De rest krijg je 's morgens bij zevenen
                thuis. Als een meeuw.

                Neem liever de kruidenier, dochter.
                Want alle tederheid die bij hem
                uitstijgt boven de kersenjam
                en boven de kleine zakjes blauw,
                dochter, is altijd voor jou..

                Annie M.G. Schmidt