Met regelmatig een column van Vincent Everts, Alexander Loudon of Hendrik Rood.






 
Vrijdag 14 juli 2000

09.00 uur

Column Hendrik Rood: Oordeel Xs4all over domeinnaamgrabbelen ondoordacht


Xs4all voert sinds enige weken actie tegen de domeinnaamgrabbelaar Namespace CV. Deze actie van de voormalige techno-anarchisten had ik niet verwacht. Het is namelijk een roep om regulering die de zelfregulering, waar XS4all zo'n voorstander van was, stevig overstijgt.

XS4all bevindt zich in het goede gezelschap van de grote merkenrechtenbureau's Markgraaf en Shieldmark en de advocaten van de Brauw Blackstone Westbroek. in pleidooien voor strengere regulering van de domeinnamen.

XS4all pleit net als de merkenrecht belangenbehartigers voor aparte arbitrage conform de Uniform Dispute Resolution Procedure van ICANN voor .com, .net en .org. Het meest was ik verrast door het pleidooi voor invoering van wetgeving gelijk aan de Amerikaanse Anticybersquatting Protection Act (ACPA). De UDRP en vooral de ACPA wet die in twee weken (!) door het Amerikaanse Congres en Senaat is gejaagd ontmoet namelijk stevige kritiek van consumentengroepen in de Verenigde Staten.

De balans is bij de ICANN en de UDRP lichtelijk naar het behartigen van gevestigde belangen van gevestigde bedrijven door aan het slaan. Hiervoor is vooraf in de uitvoerige discussies al gewaarschuwd door een prominente werkgroep van de Association for Computing Machinery.

Haastige spoed is bij het uitwerken van anti-domeinnaamkapings regelgeving dus niet even verstandig. Of heeft Xs4all het tegenwoordig meer op met het verdedigen van gevestigde belangen? De zo door Xs4all bepleitte goedkope arbitrage-procedure heeft namelijk als bijkomend effect dat men naderhand niet zomaar meer verhaal kan halen bij een echte rechter.

Er zijn ook een flink aantal veel diepgaandere redenen om niet direct achter de actie van Xs4all aan te hollen. De belangrijkste is dat een geregistreerd merk een relatief zwak beschermd intellectueel eigendom is. Een merk moet namelijk onderhouden worden. Een goed voorbeeld hiervan biedt de nieuwspagina van Shieldmark waarin uitgelegd wordt waarom het recht op het exclusief voeren van het merk King Corn de oorspronkelijke eigenaren door de rechter is ontnomen. Men deed er al vele jaren niets meer mee en produceerde af en toe pro forma nog een partij broden, vermoedelijk om het merk in stand te houden. Dat gedrag honoreerde de rechter niet, hij liet een ander broodbakkersbedrijf het merk registreren.

Een domeinnaam is echter uniek en exclusief. Wie keurig het jaarlijks bedrag betaalt kan de naam aanhouden, ook al laat hij als bedrijf het merk volledig inslapen. Snel registreren dus als bedrijf of publiek persoon.

De wens het Intellectueel eigendomsrecht sterk naar domeinnamen uit te breiden, door aanvragen vooraf te toetsen op "eigendom"is echter een bizarre actie. Dit vraagt namelijk een menselijk oordeel, het werkt sterk vertragend en jaagt de kosten van het registreren en bijhouden van domeinnamen daarmee drastisch op.

Die kosten nemen de komende jaren toch al toe. Het beheer van naam en nummersystemen is net als vele e-commerce transacties geen "nieuwe economie", het gaat gepaard met toenemende kosten bij een toenemend aantal aanvragen. Het enige recept om de kosten voor zo'n systeem blijvend in de klauwen te houden is automatiseren van aanvraag en afhandeling, delegeren en versimpelen, versimpelen, versimpelen.

Aan een strict domeinnaambeleid betalen alle domeinnaamhouders mee, ook diegenen die helemaal geen groot belang hebben bij het beschermen van vroeger al opgebouwde merkenrechten. Het vooraf toetsen is het verplaatsen van kosten van grote merkenrechthouders naar alle bonafide domeinnaamhouders, die zo een onnodig duurdere service voor hun kiezen krijgen.

Als je grote bedragen in je merk hebt geinvesteerd en je wordt geconfronteerd met een domeinnaamkaper dan procedeer je gewoon. Als je dat te duur vindt, dan heb je klaarblijkelijk niet genoeg belang en interesse in die domeinnaam. Het pleidooi voor toetsing vooraf is dus gewoon afwentelen van onderhoudskosten van merken door luie merkenrechthouders op de maatschappij.

Een andere relevante reden om niet achter Xs4all en de merkenrechtkampioenen aan te hollen, is gelegen in de economische ratio achter merk- en handelsnaamrecht. Namen en (beeld)merken zijn in de reele wereld niet uniek en eenvoudig en goedkoop "na te maken". Eenzelfde fenomeen geldt voor de andere intellectuele eigendommen zoals octrooien, muziek, beeld, vorm, geschriften enz.

Omdat deze eigenschappen van namen en merken niet goed samen gaan met de onzichtbare hand van de markteconomie (er zou in een markteconomie, zonder omvangrijk overheidsmaecenaat, te weinig van geproduceerd worden) worden deze vormen van marktfalen via wetgeving gecorrigeerd.

Dit geldt echter niet voor domeinnamen, telefoonnummers, IP-adressen etc op de elektronische netwerken. Deze namen en nummers garanderen juist de exclusiviteit en het beheren van grote domeinnaamsystemen gaat gepaard met terugkerende en toenemende marginale kosten op maatschappelijke schaal.

Dat betekent dat domeinnamen niet voldoen aan de definitie van informatiegoederen zoals beschreven in het economisch handboek van de nieuwe economie: Information Rules van Shapiro en Varian .

Het betekent ook dat op domeinnamen zonder problemen eigendomsrechten en het marktmechanisme toegepast kunnen worden. Er is geen enkele noodzaak om domeinnaamhandel te gaan verbieden of speciale wet- en regelgeving in te gaan voeren. Rechters blijken tot nu toe ook prima om te kunnen gaan met het beperkte aantal zaken dat tot nu toe is gevoerd ter verdediging van de gevestigde belangen in merknamen en handelsnamen.

Het argument van Xs4all dat een rechtsgang duur is, is flauwekul. Bij een hinderlijke domeinkaper, zoals Namespace, zijn er zoveel partijen te verzamelen, die vinden dat ze benadeeld zijn, dat de gezamenlijke advocatenrekening gedeeld kan worden tot een laag bedrag. Bovendien hebben we nog rechtsbijstandsverzekeringen.

De domeinkaper loopt met die rechtszaken een veel groter risico. Het is duidelijk de kern van zijn bedrijf en dus is een proces over domeinkaping tegen zijn of haar gedrag een bewust gelopen aansprakelijkheidsrisico. Daar kan je je niet tegen verzekeren.

Het verloop van de gang van zaken bij Namespace CV is nu al zeer goed duidelijk aan het maken dat domeinkaping op een voor de maatschappij hinderlijke schaal helemaal niet loont. Nog een paar van dergelijke collectieve acties tegen andere van domeinkapende partijen, en het wordt duidelijk dat je met dergelijk gedrag geen fatsoenlijke boterham kunt beleggen. De snelle geld-jagers druipen dan af en domeinkapen wordt net zo'n zijdelingse zakelijke irritatie als de af en toe weer opduikende nep-telefoongids verkopers.

Het enige punt in de actie van Xs4all, waar niet direct de ondoordachtheid vanaf spat, is het aanzwengelen van debat over de huidige onmogelijkheid voor particulieren om domeinnamen in Nederland te kunnen registreren. Ook dit vereist een zorgvuldig debat, aangezien een verkeerde uitvoering gepaard kan gaan met onnodig sterk toenemende kosten voor alle Internetters.

Echter met het toenemen van de vaste kabelmodem en ADSL-aansluitingen op Internet in huis is het verkrijgen van een prive-domeinnaam een logische verdergaande ontwikkeling.

Hendrik Rood.

Hendrik Rood schrijft een proefschrift over de Economie van namen, adressen en nummers op elektronische netwerken.


< vorig bericht | volgend bericht >