Herfstaster: Novi-Belgii "Damnacus"
Bloeiperiode: september/oktober/november? afhankelijke van het weer.
Hoogte: circa 100/150 cm
Standplaats: zon/halfschaduw, vochtig/doorlatend
Grondsoort: geen voorkeur
Winterhard: ja
Plantgroep: vaste planten
Vermeerdering: delen in de herfst of in de lente: kan ook
door zachte stekken in de lente. Hier onder de
Sluier Aster
Foto gemaakt op 2 november 2009
Bloeiperiode: van juni tot november
Vaste planten en knollen die nog volop bloeien in mijn
tuin.
Hibiscus Mauvelous
Op 20 augustus aangeschaft de hoogte is 40 cm en met veel knoppen er
in,
de eerste die nu in mij tuin bloeit heeft een doorsnede van 18 cm
Bloeiperiode: augustus, september,
oktober, tot aan de eerste nachtvorst
Hoogte: circa 70/100 cm
Bloem: doorsnede circa 20/30 cm
Winterhardheid: goed winterhard
Soort gewas: vaste plant
Standplaats: zet de Hibiscus Mauvelous op een
lichte windluwe plaats.
Houdt bij plaatsbepaling er rekening mee dat de plant na jaren in
omvang kan toenemen
Grondsoort: groeit op vrijwel alle gronden die
luchtig, humusrijk en goed water doorlatend zijn.
Snoeien: om de omvang van de plant te beperken
kan in het late voorjaar terug-getopt worden.
Vermeerderen: begin juli kopstek van circa 10cm
snoeien, en in stek grond plaatsen om ze snel wortels aan te laten
maken kunt u ze het beste in een kweek bak of in een oude 5 en een
kwart diskette box planten, zorg er altijd voor dat de bladeren vrij
blijven en zet ze op een lichte plaats maar niet in de volle zon
daar ze dan verbranden. Na ongeveer 3 weken hebben zij dan wortels
en kunt u ze in de tuin planten liefst met goede potgrond, of
bemestte tuinaarde.
Dit vermeerderen mag alleen voor eigen gebruik, vanwege
de patent rechten die op deze plant van toepassing zijn.
Guldenroede: Solidago ‘Golden Wings’
Bloeiperiode: juli?, augustus, september, oktober
Standplaats: volle zon tot lichte schaduw.
Groeit op vrijwel elke tuingrond. Liefst goed doorlatend.
Hoogte: circa 150 cm
Blad: Lancetvormig, langwerpig-elliptisch, soms
licht gezaagd.
Lichtgroen. Bladstand kruisgewijs
Bloei: Kleine gele bloemhoofdjes in grote
pluimen aan het
uiteinde van de vertakkende stengels.
De plant trekt ook hommels, vlinders en nuttige insecten
aan.
Ondanks de hoogte heeft deze plant geen steun nodig.
Algemeen:
Een makkelijke en sterke vaste plant, de lange bloeitijd en het feit
dat de plant ook na de bloei in de winter nog attractief blijft is
zo mooi om hem op een erf-afscheiding
te planten of voor een donker haag in combinatie met, Anemonen,
Asters,
Agastache, siergrassen, Helenium, Persicaria, Verbena, Venkel,
Verbascum, enz.
Vermeerderen: delen/scheuren in de lente of
herfst.
De plant kan flinke uitlopers vormen.
September-Charm
Anemone
Late
bloeiers zijn er genoeg, maar er zijn er maar weinig zo mooi als
herfstanemonen. Je hebt twee soorten: Anemone hupehensis en Anemone
hybrida. Beide met groot, diep ingesneden blad, vrij lange
stengels en simpele, maar wonderschone bloemen.
Bloeiperiode: van augustus
tot november
Een
bekende herfstanemoon is Anemone hybrida ’Honorine Jobert’. De
bloemen zijn stralend wit, met opvallende gele meeldraden in
het hart. Anemone hupehensis ’September Charm’ heeft
halfgevulde, donkerroze bloemen. Anemonen
willen graag doorlatende humusrijke tuingrond, waarin ze diep kunnen
wortelen.
Herfstanemoon
is Anemone hybrida ’Honorine Jobert’.
Geef
ze een plekje in de halfschaduw: ze houden van gefilterd licht.
Het
is verstandig om de planten in hun eerste winter af te dekken,
bijvoorbeeld met een laag blad.
Herfst Asters kan ook goed in
combinatie met de Anemoon
Zonnebloem Helenium ‘autumnale’
Bloeiperiode: augustus/september
Bloei-kleur: geel
Hoogte: circa 200 cm
Grondsoort: goeddoorlatende grond
Standplaats: zon/halfschaduw
Vermeerderen: door zaaien in het voorjaar
april/mei
Zonnenbloemen
Bloeiperiode: van juli tot oktober:
Er bestaan nog al wat soorten Zonnebloemen.
De hoge enkele gele Zonnebloem (H.Giganteus). De vertakte lagere
rood-bruinbloeiende Zonnenbloem (H. Annuus) en de dubbele gele
Zonnenbloem (Ook wel bekend onder de naam Sungold).
Daarnaast zijn er nog enkele andere soorten zoals die minder hoog
worden de Zonnenbloem H. Cucummerifolius.
Alle zonnebloemen geven een extra dimensie aan je
tuin. De omvang van de plant, de bloem en dergelijke zijn bijzonder.
De hoge planten krijgen vaak maar èèn bloem. Die is meestal vrij
groot.
De vertakte soorten krijgen eerst aan de top van de hoofdstengel een
bloem. Later volgen er meer op de zijtakken en vervolgens op de
zijtakken van de zijtakken. Zo kunnen ze maanden achtereen bloeien.
Ook de Zonnenbloem zonder hart is erg mooi. Het is
weer eens iets anders.
De bloemen zijn in hun geheel geel. De in het hart groeiende
plant-organen vormen lange gele uitlopers die even lang zijn als de
bloembladeren.
Jammer genoeg blijft er van de bloem een opvallend dor aandoend
geheel over na de bloei. Terwijl de uitgebloeide bloem van de gewone
zonnenbloem best nog wel decoratief kan zijn.
Ook deze soort Zonnenbloemen kunnen zijtakken met bloemen krijgen.
Zaai informatie over de plant:
Zonnenbloemen kun je gewoon in mei op de plek waar je ze wilt hebben
zaaien. Geef de zaden in ieder geval voldoende water en let erop dat
slakken de jonge plantjes niet opvreten.
Pas wel op voor slakken. Die zijn dol op
zonnenbloemen. Door rond de stengels van de planten houtsnippers of
stro te leggen, heb je er geen last van.
Winterinformatie:
Eenjarige plant die na de bloei sterft.
Vermeerderen ervaringen:
Op 28 maart 2006 in een potje in de schuur enkele zaden van
dubbelbloemige zonnenbloemen gezaaid. Ze kwamen begin april reeds
op. Nu in augustus september bloeien ze mooi, ook op zijtakken.
Naast de gezaaide Zonnenbloemen kwamen er ook een aantal spontaan op
in de tuin. Dat komt doordat ik vorig jaar een Zonnenbloemhart op de
aarde in de tuin had gelegd. De spontaan opgekomen zonnenbloemen
bloeiden eerder dan de gezaaide. Zelfs de planten die ik had
verplaatst, waren later met bloeien.
Vetplant: Sedum -Muurpeper
De Sedum is er in allerlei variaties, van
bodembedekkers tot planten van een halve meter hoog.
Bloeiperiode: van augustus tot oktober
Men treft ze over de gehele wereld aan. De lage
soorten vetkruid zijn uitstekend geschikt voor rotstuinen. Ze
groeien zelfs op muren en daken. Het vetblad dient als
waterreservoir waardoor ze een lange tijd zonder water kunnen.
De Sedum Acre is een zode vormend plantje en wortelt zeer
oppervlakkig. Elk bloemetje levert zaad, dus het is raadzaam om ze
na de bloei te verwijderen.
De wat hogere soorten hebben groter blad en groeien graag in
gewone tuinaarde, geef ze wel wat extra steun want ze willen wel
eens uit elkaar vallen. Al voor de bloei is de plant prachtig om te
zien en ook na de bloei blijft hij aantrekkelijk tot in de
wintermaanden als er een laagje rijp of sneeuw op ligt. Het zijn
echte bijen en vlinderlokkers.
Vermeerderen: Door scheuren
Hortensia’s in de tuin
Bloeiperiode: juni?, juli/september, afhankelijk van de
omstandigheden.
Bolhortensia’s (Hydrangea macrophylla) zijn volop te
koop als kamerplant. Je kunt ze echter ook heel goed in de tuin
zetten. In augustus gekochte planten hebben nog voldoende tijd
zich voor te bereiden op de winter. In een ruime tuin is een
flinke groep erg mooi. Op een vochtige plek kunnen ze volle zon
hebben. Zet ze bloeiend en wel in de grond en geef volop water.
De bloeiwijzen kunnen tal van nuances blauw en rood hebben. De
zuurgraad van de grond heeft invloed op de kleur. Blauwbloeiende
hortensia’s hebben de neiging roze te worden in kalkrijke grond.
Vermeerderen:
Hortensia’s zijn te vermeerderen door zomerstek.
U knipt een jonge tak met 2 tot 3 bladparen af en zet hem in een pot
met goede potgrond. Hierna
geeft u water en dekt de plant af met een stukje doorschijnend
plastic, om verdamping tegen te
gaan. Na ongeveer 2 weken zitten de eerste wortels er al aan en kan
het plastic er af.
Vinderstruik
Buddleja
davidi-Vlinderstruik
Bloeiperiode:
juni?, juli/september
,
afhankelijk van de omstandigheden.
De vlinderstruik met zijn prachtige
pluimen zijn een lustoord voor vlinders en bijen doen zich te goed
aan de nectar wat onder in de bloemen zit. De vlinderstruik komt
oorspronkelijk uit Zuid-Amerika, Zuid-Afrika en Zuid-Azië. Het
nadeel hiervan is dat de planten niet goed bestand zijn tegen al te
strenge winters en daarom moeten ze ook niet voor de winter gesnoeid
worden.
Deze snel groeiende plant met wat
rommelige bloeiwijze is uitstekend geschikt om de schutting uit het
oog te ontrekken. Vanwege zijn snelle groei is hij daardoor
uitermate geschikt voor nieuwe tuinen. Vlinderstruiken kunnen wel
tot 6 meter hoog worden, door ze op tijd te snoeien kunnen ze in
toom worden gehouden.
Standplaats:
zon/halfschaduw
Snoeien: Snoei
de vlinderstruik in maart terug tot circa 50 cm boven de grond., dit
om kale onderkanten te voorkomen.
Vermeerderen: In
oktober kunnen we een 30cm stek met hieltje nemen met wat
zijschuiten, nadat deze geplant is zal de stek spoedig wortelen. Zij
kunnen in het voorjaar worden uitgeplant.
Enkele takken afleggen werkt ook
goed.
Zonnekruid- Helinum ‘Moerheim-Beauty’
Bloeiperiode:
juli/september
Hoogte: circa 100 cm
Standplaats: zon
Grondsoort: zeer
voedzame, goed gedraineerde grond
Vermeerderen:
delen/scheuren, liefst in het voorjaar, maar kan ook in het najaar.
De eerste bloeiende Lupinen uit
zaadwinning van 2007
bloeien nu nog volop in september 2008.
Zaadwinning: laat de
bloemen zolang mogelijk in de Lupinus zitten tot ze uitgebloeid zijn
en zij bruinachtig gekleurd zijn, knip ze er dan uit, en bewaar ze
op een droge plaats, en maak dan na een maand of twee de peulen open
om het zaad er uit te halen, zelf heb ik dat in koffie filter zakjes
bewaard en de kleur er op geschreven. Een was geel en de andere was
donker paars.
Deze zaadjes heb ik in begin mei 2008 in
mijn tuin uitgezaaid en hier boven ziet u het resultaat, let vooral
op de extra kleuren die er uitgekomen zijn.
De bloeiende Dahlia’s die in mijn tuin
staan.
Hier onder staan de laag blijvende
Dahlia’s,
hoogte circa 50 cm
En deze hier onder wordt circa 25 cm hoog
Deze lage Dahlia’s bloeien meestal al vanaf half juni
Bloeiperiode: juni?,
juli/oktober,
afhankelijk van de omstandigheden.
Dahlia’s golden lange tijd als een
beetje tuttige, ouderwetse bloemen. Maar nu zijn ze weer helemaal
‘in’. En terecht. Van dahlia’s heb je tot ver in de herfst plezier,
zowel in huis als in de tuin.
Zet meerdere soorten in uw tuin indien
hij groot genoeg is daar al die verschillende kleuren een lust voor
het oog zijn. Exemplaren met enkele of halfgevulde bloemen ogen het
meest natuurlijk in de border. In de vaas komt het uitbundige type
beter tot z’n recht, bijvoorbeeld de zogenaamde cactus- of
pompondahlia’s. Dit soort dahlia’s, met grote, zware bloemen, moet
goed worden gesteund, soms wel met een stok per stengel.
Gaten vullen in de border
Vul rond deze tijd wat potten met kleurrijke bloeiers. Die kun je
dan gebruiken om gaten in de border op te vullen. Dahlia’s en lelies
zijn hiervoor heel geschikt. Ook hoge eenjarige, als siertabak en
Salvia patens geven een mooi effect.
Vermeerderen: Knip de bloemen uit de
dahlia’s en laat ze in de tuin staan tot het blad uitgestorven is,
haal ze nu uit de grond en knip de stengels ervan tot op 10 cm boven
de knollen af, maak de knollen wel goedschoon van de resterende
aarde. En bewaar ze de hele winter op een koele en niet te droge
plaats, om de knollen er van dan half mei weer in de volle grond te
planten. ( lijkt het er op dat ze te veel zijn uitgedroogd? leg ze
dan een paar uren in een teil met lauw water, of in een emmer, zodat
ze er weer fris uitzien om dan geplant te worden)
Vermeerderen: Door te zaaien. Laat
enkele uitgebloeide bloemen staan en rijpen, bewaren tot het
voorjaar, zaaien in een bakje met potgrond dan spenen in potjes met
potgrond en daarna in de volle grond poten. Ongeveer half mei. Door
de knollen te delen en 4 stuk bij elkander na half mei in de tuin te
planten.
Hosta -Hartlelie
Bloeiperiode:
juli/september
Deze bladplant kan voor
diverse doeleinden gebruikt worden zoals borderplant,
randplant of als potplant. Bladkleuren variëren van
blauwgroen “Halcyon”tot aan geelgroen van de Golden
Tiara.
Veel soorten hebben een
witte of gele rand om hun hart of lancetvormige
bladeren. In de zomer komen er trossen buisbloemen op
lange stelen uit, variërend in de kleuren wit, blauw en
lavendel. De Hosta’s zijn vanwege hun blad planten met
een hoge sierwaarde.
Hosta’s hebben dikke korte
vlezige wortelstokken, de bladeren die daar uit
ontspringen vormen een rozet, hieruit vormen zich recht
opstaande bloemstengels die zelden vertakken en wel een
hoogte van 1.50 cm kunnen halen.
Hosta’s stellen weinig eisen
aan de bodem en zijn duurzame planten, ze kunnen jaren
op dezelfde plek blijven staan. Als ze te groot worden
is het raadzaam ze te scheuren .
Hosta’s zijn een paradijs
voor slakken, strooi gedroogde koffiedrap rond de
planten, daar moeten zij niets van hebben, zelf strooi
ik het zoveel als mogelijk is in heel mijn tuin, om de
slakken weg te houden.
Vermeerderen: In
maart door ze te delen/scheuren
Lobelia x speciosa ‘Fan
Burgundy’
Bloeiperiode:
juli/september
Hoogte:
circa 70 cm
Winterhard:
ja/redelijk
Standplaats: Lobelia
houdt van een plek in de halfschaduw. Hij
groeit zowel op vruchtbare zand- als ook op leemgronden
en kan tevens in een kuip geplant worden.
Snoeien: Om
een mooie gevulde struik te krijgen, moet je de punten
(net als bij fuchsia’s) enkele keren afknippen als de
plant nog klein is. Je snoeit de plant circa 10 cm boven
de wortel af, wanneer hij uitgebloeid is. In het
voorjaar gaat hij weer uitlopen.
Vermeerderen:
Lobelia kun je vermeerderen door,
delen/scheuren in het voorjaar en najaar na de bloei.
Stokroos ‘Alcea rosea’
De stokroos (Alcea
rosea) is een 2-jarige plant.
Bloeiperiode:
juli, tot oktober
Standplaats:
Hij groeit bij voorkeur op doorlatende, humeuze,
kleihoudende grond, en op een warme, zonnige plek. De
planten kunnen wel 2 m hoog worden.
Winterhard:
ja/redelijk
Bijzonderheden:
Na de bloei sterft de plant af. De afgestorven
stengel kan in het najaar na de bloei afgeknipt worden.
Aan de voet van de plant vormen zich meestal nieuwe
uitlopers. Wanneer deze ‘stekken’ in de winter afgedekt
worden met een laag blad of stro ter bescherming tegen
de vorst, kunnen het volgende jaar op dezelfde plek weer
nieuwe bloeiende planten staan. Bij vochtig weer kan de
plant last krijgen van schimmelinfecties zoals roest.
Stokrozen kunnen
zich sterk uitzaaien. Als u dat niet wenst kunnen na de
bloei de bloemen verwijderd worden, zodat geen zaad
gevormd wordt.
Vermeerderen:
Planten gezaaid in mei of begin juni maken het
eerste jaar alleen een bladrozet, en bloeien pas het
jaar daarop. Wordt in augustus of september gezaaid, dan
bloeit de plant (afhankelijk van het weer) in het tweede
of derde jaar na het zaaien.
Wordt heel vroeg
binnenshuis gezaaid, bijvoorbeeld in maart, en u plant
ze als ze groot genoeg zijn circa 5 cm in potten en u ze
half mei uitplant in de tuin, dan kunnen de planten als
het weer mee zit nog hetzelfde jaar gaan bloeien.
Veronica
gentianoides: Ereprijs
Bloeiperiode:
juli/september
Bloeikleur:
wit
Hoogte:
circa 100/130 cm
Grondsoort:
voedzame grond die niet te droog is
Standplaats:
zon/halfschaduw
Vermeerderen: delen/scheuren
Eén maal
bloeiende rozen
Vrijwel alle ouderwetse rozen bloeien één maal per jaar, in juni. Ze
hebben vaak fluwelige bloemblaadjes, zijn sterk gevuld en geuren
heerlijk. Voor en tijdens de bloei maken ze nieuwe scheuten, die
volgend jaar bloemen produceren. Laat die dus zitten als je de
struik snoeit.
De Stamroos die hier is afgebeeld bloeit vanaf juni tot
eind september.
Rudbeckia
Rudbeckia komt oorspronkelijk uit Noord- Amerika
,er zijn zowel eenjarige als vaste planten. Ze hebben een rijke
bloei en zijn uitstekende snijbloemen.
Bloeiperiode: van juli tot oktober.
De Rudbeckia verlangt naar een zonnige en goed doorlatende
vruchtbare tuingrond .Het is geen overbodige luxe om ze op te binnen
als ze op een wat onbeschutte plek staan. Na de bloei de
uitgebloeide bloemen verwijderen ,soms komt er nog een nabloei. In
het najaar snijden we de bloemstelen tot de grond af .
Vermeerderen: Door scheuren.
Hertshooi- Sint-Janskruid ‘Hypericum
adrosaemum’
Sint-Janskruid.
De plant heeft zijn hoofdbloei in juni,
maar wordt tot in september/oktober
bloeiend aangetroffen.
Is een 60 tot 70 cm hoge, overblijvende plant met
kleine
blaadjes en vertakte stengels met eindstandige bijschermen van
goudgele
bloemen. Sint-Janskruid vraagt een goeddoorlatende tot droge bodem
en een
standplaats in zon tot halfschaduw.
De stengel is enigszins roodachtig, rond op doorsnede met twee
uitspringende
lijsten. De bladeren zijn tegenoverstaand en zittend, aan de
onderzijde
enigszins blauwig van kleur. Ze bevatten doorschijnende
oliekliertjes die, als
de blaadjes tegen het licht worden gehouden, op gaatjes lijken. De
bloemen
hebben vijf kelkbladeren en vijf ongelijke kroonbladeren die ook
bezaaid zijn
met oliekliertjes.
De vrij lange meeldraden die bovendien in groot aantal voorkomen
gevende
bloemetjes nog meer een “stralend” uiterlijk. De vrucht is een
driehokkige
doosvrucht met gesnavelde, eivormige vruchtjes. Ondergronds bevindt
zich een wortelstok.
Vermeerderen: door zaaien of scheuren, beide kan
zowel in het voor- als najaar.
Passiebloem Passieflora Wit
Deze witte bloeit wat later zoals u aan de datum kunt zien.
Passiebloem
De Passiebloem is er dit jaar erg vroeg bij in mijn tuin, normaal
begint hij begin juni te bloeien.
De passiebloem is een snel groeiende klimmer met grote exotische
bloemen. Uit deze bloemen steken helmdraden met blauwe en
paarse banden. De passiebloem is niet erg winterhard maar u kunt ze
in de volle grond zetten, maar zet ze dan op een beschutte plek in
de zon die goed water doorlatend is. Help hem in het begin even een
handje met klimmen door hem vast te binden, en geef ze regelmatig
water indien het droog weer is. Breng in het najaar een flinke laag
blad aan rond de voet van de plant. Na een warme zomer komen er
zelfs vruchten aan, de smaak van deze passievrucht is niet echt
smaakvol.
Passiebloem vrucht. Foto
gemaakt: 25-10-2007
Bloeiperiode: van mei tot oktober
Gevoelig voor bladluizen en spint.
Snoeien:
In het voorjaar. Dode takken terug knippen, de hoofdtak wordt tot
ongeveer 1 meter terug gesnoeid.
Vermeerderen: door afleggen of zomerstek.
Stekken.
Normaal kunt u van de hele plant stekken snijden, zowel
tussenstek als kopstek. Eenuitzondering vormen de delen die teveel
ver-hout zijn en een kopstek die te slap of te jong is. Een goede
stek is stevig en heeft twee ogen of knopen. Snij de stek net onder
het onderste oog schuin af, zodat u boven- en onderkant kunt
onderscheiden. Het is beter om de gesneden stekken eerst een nacht
in koel water, evt. met een lichte oplossing voeding te zetten, voor
dat u ze op gaat potten. Dit geeft de stek de kans om zoveel
mogelijk water en voeding op te nemen via het blad. Verwijder voor
het oppotten schutblaadjes, ranken, bloemknoppen en onderste
blad(eren), maar laat de bovenste bladeren zitten. Zet de stek met
een oog of knoop in de grond en met een oog boven de grond (met
daarboven stengel van ± 5 cm). Als de stengel boven aan te ver
(voorbij het oog) indroogt kan het ondergrondse oog ook nog voor
uitlopers zorgen. Stekpoeder is goed maar niet noodzakelijk.
Stekken in water:
Dit is wel de meest succes volle methode?, neem een potje en vul
dat met schoon leiding water voor een kwartvol en doe er een mes
puntje stekpoeder in zorg ervoor dat de stekpoeder goed vermengd is
met het water, en neem dan een stevige scheut van de Passiebloem van
circa 15 cm steek de stek in het potje en wacht tot er wortels aan
komen van circa een halve cm, en plant hem dan in goede tuinaarde.
De wortelvorming kan ongeveer 2 weken duren afhankelijk van het
weer, hou wel het water peil in de gaten zodat stek niet droog komt
te staan, daar het water bij erg warm weer snel verdampt.
Fuchsia Magellanica
Fuchsia-Bellenplant:
Bloeiperiode: van juni tot november
De uit Chili afkomstige Fuchsia Magellanica is de enige soort die
redelijk winterhard is en kan goed in de border worden gebruikt, hij
kan wel 1.5 meter hoog worden.
Met winterharde fuchsia’s zijn er geen probleem zouden wij
denken. Deze laten wij fijn buiten overwinteren. Dit is echter net
iets te positief gedacht. Onder winterharde fuchsia’s verstaan we
fuchsia’s die met een zekere verzorging en bescherming gedurende de
winter in de volle grond kunnen blijven staan. Het bekendst zijn de
Fuchsia’s magellanica en Fuchsia regia, beiden in het wild
voorkomende fuchsia’s.
Het meeste succes op een goede overwintering hebt u wanneer u een
minstens één jaar oude plant na eind mei buiten uitplant en daarbij
een kuiltje rond de plant laat. Dit is gemakkelijk bij het eventuele
water geven en bovendien slibt het in de loop van het seizoen dicht,
waardoor ook de onderste vertakkingen in de grond komen. Hierdoor
vormen zich extra wortels.
Een stevige wortelkluit geeft een betere kans tot overleving in
de winter. In het najaar snoeien we ze niet terug, dat doen we dus
in het het voorjaar. Wel dekken we de plant tegen vorst met
sparrengroen af. Het voordeel van winterharde fuchsia’s is dat er
geen winterberging nodig is. Er ontstaan zeer bossige struiken met
vele uitlopers vanuit de grote wortelkluit.
Er zijn op de hortensia na - weinig struiken die in de schaduw
gedijen en die bloeien van juni tot november. Ik kan me voorstellen
dat niet iedereen een grootbloemige fuchsia, zoals Dollar Princess,
zomaar naast subtiele borderplanten als Zeeuws knoopje en
hemelsleutel plant. Maar er zijn ook fuchsia’s met meer verfijnde
bloemvormen, zoals bijvoorbeeld de wilde Fuchsia magellanica. Voor
een iets grotere bloem is er de cultivar Riccartonii. En wie niet
bang is voor karmijnrood met gloeiend paars, zou eens naar Enfant
Prodigue kunnen uitkijken - een goed winterharde fuchsia van zo’n
anderhalve meter hoog.
Vermeerderen: in augustus als je volgend jaar
een tuin vol Fuchsia’s en Geraniums wil hebben, is het dan de tijd
om te beginnen met stekken. Neem 5 tot 8 cm lange stekken van de
moederplanten die sterk zijn en rijk bloeien. De stekken plant je in
bloempotten gevuld met 50 procent hoeveelheid potgrond en 50 procent
scherp zand goed door elkaar gemengd. Zorg dat de stekken vochtig
blijven, maar niet te nat, lucht de plantjes regelmatig. Na enkele
weken zullen de stekjes geworteld zijn en kunnen deze geplant worden
in grotere potten met normale potgrond. Zorg er wel voor dat de
planten koel en vorstvrij blijven (10 graden) en overwinteren in een
lichte omgeving.
Meisjesogen
De Meisjesogen verlangen naar
een zonnige en goed doorlatende vruchtbare tuingrond.
Het is geen overbodige luxe om ze op te binden als ze op een wat
onbeschutte plek staan. Na de bloei de uitgebloeide bloemen
verwijderen,soms komt er nog een nabloei. In het najaar snijden we
de bloemstelen tot ongeveer 10 cm boven de grond af.
Bloeiperiode: van juni / oktober.
Vermeerderen: door delen / scheuren.
Klavertje Vier: Oxalis deppei ‘Iron Cross’
Oxalis deppei ‘Iron Cross’
zwartbruine kleur op de basis van de 4 bladeren.
Boeiperiode:
juni/juli/augustus/september
Is zeer aantrekkelijk door de
donkerpaarse vlek in het centrum van de blaadjes. De bladen zijn
driehoekig van vorm en tot zes centimeter lang. De plant vormt een
pol, die dicht met bladen is bezet. Deze klaverzuring bloeit met
roodachtige bloemen in juni - juli- augustus - september. De plant
wordt niet hoger dan 25 centimeter. Het is een prima bodembedekkende
plant voor in de zon en halfschaduw.
Planttijd: maart/mei
Plantdiepte:10 cm
Plantafstand:10 cm
Lichtomstandigheden: volle zon.
Vermeerderen: door in
het najaar de bolletjes (kralen) er af te halen en ze in het
voorjaar maart/mei weer uit te planten, of door ze te laten staan
daar zij zich vanzelf uitbreiden.
Kamperfoelie: Lonicera periclymenum
‘Serotina’
Begin van de bloei
Bloeiperiode: van juni tot oktober
Standplaats: zon / halfschaduw, niet te droge
grond.
Grondsoort: is niet zo belangrijk
Vermeerderen: van zomer, of winterstek
Kokardebloem: Gailllardia
‘Kobold’
Bloeiperiode: juni/september
Standplaats: zon
Hoogte: 40/50 cm
Grondsoort: zand- en kleigrond
Blad verliezend
Winterhard: ja
Om hem over te houden is het beter om deze plant
half augustus terug te snoeien, daar zij anders
mogelijk de winter niet overleeft door een tekort
aan voedings-stoffen.
Vermeerderen: door te
delen/scheuren, in maart tot mei
Clematis ‘Pink Fantasy’
Nederlandse naam: Bosrank (wit rose pastel)
Bloeiperiode: juni/september
Grootbloemige cultivar met zeer lichtroze
pastelkleurige bloemen, met een zwak purperrode
streep. Vraagt een plekje in de zon, kan enige
schaduw verdragen. De voet van de plant beschermen
tegen de felle zon!. In maart het zwakke en dode
hout weghalen, de rest van de plant goed
terugsnoeien tot op circa 70cm boven de grond.
Standplaats: zon / half schaduw
Hoogte: circa 300 cm
Bladhoudend: nee
Winterhard: ja
Vermeerderen: door zomer stek, of
door afleggen.
Hebe ‘Pascal’
‘Bloeiperiode: juni/juli/ augustus/september
Hoogte: circa 50 cm
Winterhard: redelijk
Dit compacte bolvormig en bladhoudende Hebe struikje is een
extra sierwaarde voor uw tuin.
In de winter en het voorjaar zullen de bladeren verkleuren naar
donker rood.
En in de zomer zijn de bladeren prachtig groen, met zijn mooie
bloemen er aan.
Vermeerderen: door in het late voorjaar de
zijscheuten af te steken en ergens anders weer de jonge
zijscheuten opnieuw te planten.
Phlox paniculata Eva Foerster
Phlox
‘drummondi‘
Bloeiperiode: juni/augustus/september, 2e
nabloei
Nederlandse naam: vlambloem
Standplaats licht: zon/halfschaduw
Plantgroep: Vaste planten
Grondsoort: Geen voorkeur
Bloemkleur: Roze/karmijn
Wintergroen: Nee
Winterhard: Ja
Hoogte: circa 100 cm
Snoeiperiode: Als de planten in de herfst zijn
uitgebloeid,
moeten ze tot de grond toe worden terug gesnoeid.
Vermeerderen: delen/scheuren, of wortelstek in
het voorjaar
Alant: Inula orientalis
Bloeiperiode: juni, juli, augustus, september
Hoogte: circa 70 cm
Wintergroen: bladverliezend, vaste plant
Winterhardheid: goed winterhard
Standplaats: zon/halfschaduw
Gele composietachtige bloemen, zeer goede snijbloemen.
Kenmerk: vaste planten voor een kalkrijke droge
grond, ook doen ze het ook goed in normale tuingrond.
Vermeerderen: delen/scheuren, in voor of najaar.
Spierstruik: Spirea japonica ‘Genpei’
Bloeiperiode: juni/september
Standplaats: zon/halfschaduw
Snoeien: direct na de bloei
Snoeiwijze: mag sterk gesnoeid worden indien
gewenst
Grondsoort: niet zo belangrijk
Hoogte: circa 60/80 cm
Blad verliezend
Winterhard: ja
Vermeerderen: door de scheutstekken of
houtige winterstekken
Gewone Margriet: ‘Chrysanthemum
leucanthemum’
Bloeiperiode: juni/september
Hoogte: circa 40 tot 80 cm
Standplaats: zon/halfschaduw
Grondsoort: niet zo belangrijk
Blad verliezend
Winterhard: ja
Vermeerderen: door delen/scheuren, in het
voor of najaar.
Zonnebloem
'Helianthus salicifolius'
Kenmerken van Helianthus salicifolius - ZonnebloemFamilie,
Asteraceae
Bloeiperiode: augustus/september/november
Bloeikleur: Geel met bruin hartje
Bladkleur: Groen
Hoogte: circa 2 meter
Wintergroen: Bladverliezend
Winterhardheid: Goed winterhard
Standplaats: zon/halfschaduw
Soort gewas : Vaste plant
Grondsoort: Normale bodem
Vermeerderen: delen/scheuren, na de bloei, of na half mei
Polyantha Hybride: Perk Roos
Polyantha Hybride Perk Roos:
Dit is een zeer gemakkelijke perkroos die weinig eisen stelt en zowel in de
schaduw als in de zon volop zal bloeien.
Alleen is het wel aan te bevelen om in juni wat extra speciale rozenmest van
organische samenstelling te geven.
In maart mag u ze terug snoeien tot ongeveer 15 cm hoogte.
Bloeiperiode: juni / oktober
Groei hoogte: circa 70 cm
Struik Rozen
Witte Stamroos
Rode Stamroos
Bloeiperiode: juni / oktober
Groei hoogte: circa 175 cm
Siergras
in pot
Dé
versierders van de nazomer zijn siergrassen. Met hun elegante bladeren en
bloeiwijzen zijn ze een groot deel van het jaar mooi. De meeste bloeien laat en
zijn daarom een aanwinst voor de tuin. Lagere soorten zijn heel geschikt voor in
een pot.
Lampenpoetsersgras
(Pennisetum alopecuroides) bijvoorbeeld, wordt in bloei
ongeveer 70 cm hoog en heeft bruine borstelvormige aren. Ook heel mooi is
het grijsblauwe schapegras Festuca glauca ’Golden Toupee’ (ongeveer
40 cm hoog). Half zo hoog, dus nog geschikter voor potten, is de variëteit
’Hameln’.
Bolchrysant
Foto gemaakt op: 1 november 2009
Deze was bij onze buren voor de
vuilcontainer bestemd, maar dat vond ik in 2008 zonde van die plant, en heb hem
toen in de zijtuin geplant. Zoals u weet hebben wij de afgelopen winter aardig
wat vorst gehad met temperaturen van -10 tot -15 graden vorst maar daar heeft
hij totaal niet onder geleden zoals u nu kunt zien.
Er is een heel mooi spreekwoord ! het geld ligt op de straat maar je moet het
zien liggen.
Op het moment zijn ze weer volop te koop: bolchrysanten in
pot. In allerlei kleuren en maten. Let er bij de aanschaf op dat
de plant niet helemaal in knop zit. Soms gaan de knoppen niet
open. Kies dus een plant waarvan een deel van de bloemen al
zichtbaar is. Als je de plant na de bloei weggooit, hoef je hem
niet te bemesten. Zorg wel dat de kluit niet uitdroogt. Als je
een potchrysant wilt overhouden, ga dan als volgt te werk:
Knip hem na de bloei terug
tot op 20 cm.
Zet de plant op een lichte en koele (+ 5 °C) plaats.
Verhoog na ongeveer een maand de temperatuur naar + 8 °C.
De plant zal nu weer gaan groeien.
Geef de chrysant voedzame, leemachtige grond. Tijdens de
groei mag de grond nooit helemaal uitdrogen.
Woekerende
bamboe
De
uitlopers van sommige soorten bamboe kunnen voor flink wat overlast zorgen. Ze
zijn heel sterk, drukken de bestrating omhoog en groeien zelfs dwars door
vijverfolie heen. Kies daarom altijd een soort die niet woekert, of sluit de
wortels op zodat de bamboe op z'n plek blijft.
Voor
een stevige wortelbegrenzer kun je dikke kunststof (golf)platen gebruiken van
minstens 50 cm hoog. Laat de wortelbegrenzer een stukje boven de grond uitsteken
zodat de uitlopers er niet overheen groeien.
Tip: Bamboe
kan ook in een betonnen ring worden geplant worden of als kuipplant in een pot.
Haag
verwennen
Bij
het bemesten van de tuin en verbeteren van de grond worden hagen helaas vaak
overgeslagen. En dat terwijl ze juist optimaal moeten presteren: tweemaal per
jaar wordt een deel van het blad afgeknipt en ze moeten er altijd maar weer mooi
uitzien.
Voor
een goede groei heeft een haag veel voedsel nodig. Is dat niet aanwezig, dan
gaan de wortels op zoek, bijvoorbeeld in de ernaast gelegen border. Verwen de
haag daarom in het najaar eens met een laag compost en voeg daar in het
vroege voorjaar nog een gemengde, organische mest aan toe.
Gazon
herstellen |
Op plekken waar veel wordt gelopen, heeft het gazon veel te
lijden. Lelijke plekken kun je herstellen met zoden of door
opnieuw in te zaaien. Dat laatste gaat heel goed met zogenaamde
gazonvernieuwer. Dit is een combinatie van speciale mest in.
korrelvorm en graszaad dat is geselecteerd om kale plekken
weer snel een goed aanzien te geven. Een zak van 1 kg is
voldoende voor 25 tot 30 m2.
|
|
Tip:
Het gras groeit niet meer zo hard. Eén keer in de twee weken
maaien volstaat.
|
Gras zaaien |
Aan het einde van het tuinseizoen een
nieuw gazon aanleggen is minder gek dan het lijkt. Eigenlijk
heeft zaaien in september alleen maar voordelen. De grond blijft
langer nat, waardoor het graszaad snel en regelmatig kiemt. Op
een pas ingezaaid gazon mag je maandenlang niet lopen. In
september is dat een minder groot probleem dan aan het begin van
het seizoen. Wie nu zaait, heeft in het voorjaar meteen een
mooie grasmat. Een goede voorbereiding is erg belangrijk: |
Spit de grond voor het zaaien om en werk er een organische
meststof door. · Hark de grond vervolgens glad, trap de aarde
zorgvuldig aan en hark opnieuw. De randen zijn het
kwetsbaarste deel van het gazon. Daar moet je dus extra dik
zaaien. Maak langs de randen een klein gootje en strooi er een
flinke hoeveelheid graszaad in. Schuif de gootjes vervolgens
voorzichtig dicht en trap ze aan. Zaai pas hierna de rest van
het grasoppervlak in.
|
Haastige
herfsttijloos |
|
Veel bolgewassen bloeien pas maanden na het planten, maar bij
herfsttijloos (Colchicum) verschijnen de bloemen vrijwel direct.
Ook als je ze op de vensterbank legt, produceren deze
'droogbloeiers' onmiddellijk bloemen. Dit bolgewas heeft nog een
merkwaardige eigenschap: in het najaar verschijnen alleen de
bloemen boven |
de grond. Het volgende jaar, in april, zie je
alleen maar blad. Wie dat niet mooi vindt, kan ze dus het beste
zo planten dat het bollenloof in het voorjaar wordt gemaskeerd
door andere bladeren of bloemen. Combineer ze bijvoorbeeld met
narcissen, die je tegelijk met de herfsttijlozen in de grond
stopt, of zet ze tussen vroeg uitlopende vaste planten. |
|