13 augustus 2008  30 oktober 2005

    ><(((((º>     Vissen op land met Loedie

¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯¯

Tja, na jarenlang niet te hebben gevist in zoetwater ben ik nu weer helemaal in de ban.
Een paar dingetjes zijn wel wat veranderd.
Ik kijk niet meer op een kwartje als ik in de winkel ben. Als kind (en eigenlijk tot een aantal jaar geleden) vond ik langs de kant het merendeel van mijn haken, lood en dobbers. Maar omdat ik ook van zee alles (na bijvoorbeeld een bootvistocht) bewaarde, en de haken en afhouders al geroest zijn eer je weer aan land bent, ben ik op enig moment de haken steeds nieuw gaan kopen als ik op zee ging vissen. Dat is ongetwijfeld het begin van de gemakzucht geweest. Maar goed.
Typisch vang ik er nu zo'n 15 en vroeger 3. (note april2005: Oh nee, alles is weer bij het oude…) (note juni2005; oh ja, het is wel weer beter.)

Wat fascineert?
–De gear.
–Dat hoe klein de beweging beneden ook, je dat aan een verticaal stokje kunt zien.
–Dat je, als je in het donker beet hebt, werkelijk verblind wordt door een breekstaafje als je eindelijk beet hebt.
–Dat je wereld, als je geconcentreerd zit te kijken naar je dobber(s) ongeveer de grootte heeft van één kringetje in het water rond je dobber. Zeker 's nachts. Maar wel alleen als je met "maar" één dobber vist.
–Dat het dus ook regelmatig voorkomt dat ik het ongetwijfeld meditatieve gevoel heb dat ik een beetje naar voren hangend zweef. (Dat heb ik ook niet met twee dobbers.)
–Dat ik vissen helemaal niet als rustgevend ervaar, althans niet voor zo'n kort tijdje als een uur of tien. Constant ben ik bezig zo snel mogelijk optuigen, zo snel mogelijk uitloden, bodem zoeken, zo kort mogelijk geen aas in het water, dit alles desnoods ten koste van netjes geknoopte, van juiste dobber voorziene lijn. Wat dus eigenlijk niet erg prettig vist. Want de juiste gear is ook fascinerend. Vaak moet ik eigenlijk al twintig minuten ontiegelijk piesen, enz, enz. Pas als ik weet dat ik een behoorlijke tijd ga zitten, kan ik na enige uren opbrengen eens te werken aan perfect geknoopte lijnen en fijne dobbers.
–Dat je dobber zomaar vloeiend opsteekt, gaat liggen, en dwars op de stroom wegvaart.
–De – en het knopen.
–Dat de viswinkel een gezellige samenscholing is met allerlei sterke en minder sterke praat over één (interessant) onderwerp waar iedereen alles over weet.
–De vis die je hebt gevoeld maar nooit gezien.

Gear: De dobber
Ik geloof dat de dobber voor mij de essentie is van het vissen. Ik kwam er (overigens weer) achter dat ik een hekel heb aan dobbers die veel lood nodig hebben. De 1,25 grams nachtdobbers zijn al best zwaar, maar werken perfect met trage stroming. Met veel plezier vis ik nu (al niet meer 1 sept (note april2005 weer wel sinds april)) met een breekstaafje in de dobber.
Voor de rest van het jaar mag ik 's nachts niet blijven zitten waar ik nu zit, maar wel op een aantal andere plekken, waarvan ik er een heb gevonden met voldoende diepte (althans op de waterkaart). Waar ik tegenwoordig zit 080625 mag ik ook 's nachts.

Gear: De hengels
Ik vang graag met m'n oude trouwe 4,80m telescoop Daiwa Masterfish AV 15M–49, wat ik er nog van denk te kunnen lezen. Die hengel heb ik al jaren. Het is net een hengel waar ik de buiging van begrijp. Voor in statief zetten is die ideaal, als een vis wegloopt is dat niet erg, en –niet onbelangrijk–: De dobber kan rustig op zo'n 3 meter diepte worden geschoven zonder dat je boven je hoofd staat te klunzen met je dobber tegen het oog, en je aas nog in het water. Ik gebruik hem als een vaste hengel met extra lijn mogelijkheid.
Zeer tevreden over.
Voorals ook met de molen die ik erop heb zitten. Een Spro Santra 830.
Zoals ik al zei: Zeer tevreden over.
Indertijd het ik wel eens een andere lange telescoop–met–molen gehad (ik meen 5.20), maar die zwabberde alle kanten op. Dat is de voornaamste reden dat ik die niet bijkoop, want ik vind die hengelsoort goed te betalen.

Buiten deze hengel had ik een kortere telescoop 2,70m Ultimate Transformer, die ik kocht toen we naar Ierland gingen. Prettige hengel als je veel moet lopen, op vakantie gaat, of veel moet werpen (roofvis). Ik had hem. Tijdens een rooftocht van Ronn heeft hij het opgegeven (topje gebroken).

Ik heb een de "Ultimate Novell Carpflaot 13ft. 1.25/1.5 3pcs" kurken handvat, de mooiste hengel die ik ooit heb gehad, misschien voor het kleine werk wat overdreven. En waarachtig heb ik er ook al een karper(tje) mee gevangen, wat ik dus pas doorhad toen ik hem al in m'n schepnet had.
(080703) Ja, hij is voor het lichte werk wat overdreven. Maar het blijft een hele mooie hengel.
Ik heb er een Ultimate Outrunner 2000 molen op zitten. Loopt als een trein.

De Titanus Whip 600. Een hengel met 3 uitschuif– en drie insteek delen. Ik kan met één deel afhalen, gemakkelijk met lange slag vissen. Dat wordt nog wel eens wat. Ik denk er nog vaak mee te gaan vissen in de regen. Ik moet erg wennen aan die dunne 14/00 draad. En dat gelazer met het opzetten van de lijn. Maar ik heb er mee gevangen, en dat was ok. De laatste weken (zeg maar jaren 080625) vist Ronn ermee, met wisselend resultaat (dat is gebleven 080625).

Ik heb voor kunstaasvissen de Shakespeare Ugly Stick custom aangeschaft. Met een Pfeuger President molen. Heel mooi.

En van Maarten kreeg ik de DAM Stippi Super. Een 4 m vaste hengel. Ideaal voor even vissen achter in de vijver.

Gear:Lood/haken
Omdat ik met een vrij lange hengel met molen vis en op enige diepte, is het wel prettig als er enig gewicht aan zit. Maar een enkel loodje waardoor je de beste kans hebt op een vloeiende opsteker vind ik het prettigst.
Sinds een paar weken vis ik met het lood zo'n 30/40 cm van de haak, indachtig de filosofie dat het aas dan vrijer op de bodem kan heen en weer bewegen, en langer net boven de bodem rustig kan zinken, zodat het langer goed zichtbaar is. Het was wel even wennen, omdat je dus eigenlijk veel beter moet "lezen" wat je dobber doet. Ondertussen geloof ik dat dat nu wel gewend genoeg is. Bij licht zie ik wanneer de maaien mee gaan trekken aan de dobber, ofwel wanneer alles vrij uithangt. In het donker zie ik dat overigens helemaal niet. Dan schuif ik het lood dus ook lager. Dat vist wat directer.
Dan het kiezen van een haakje. Zoals je hieronder kunt zien, heb ik de volledige namen van een aantal haakjes opgenomen. Een haakje moet je namelijk ook aanspreken. Helaas kon ik me niet herinneren waar ik de Ultimate MK 80 had gekocht, en kon ik net die niet vinden. Maar toevallig (de Ultimate waren op 1 na op!) vond ik er weer die ik ook goed vind. Op de gok had ik denk ik één slag te klein gekocht. Volgende week herstellen en paar doosjes kopen. (1020–BN /14).

Knopen.
De juiste knoop voor de juiste taak. Oefening baart kunst. Gewoon gaan zitten en knopen. Een mooie knoop is een genot. Een mooie knoop is meestal ook het best voor je lijn. Ik heb wel eens een tabel gezien met percentages lijnkrachtverlies voor de verschillende knopen. Hoe ze dat hadden berekend weet ik niet maar als ik dat nog tegen kom zal ik die erbij vermelden.

(Wat tussen haaktjes staat gaat niet altijd mee)

Het aas.
–kaas. Werkt (note april2005: nou ja, werkte) nog altijd als een trein voor karperachtigen en paling. Met mijn aardappelsteker is dat zo gepiept.
–maden. Ik had wat vreemde reukloze maden, en toen ik die had vervangen door normale nieuwe maden was het probleem ook opgelost. De maden vallen nooit van je haak, en alles lust maden, eigenlijk wonderaas. Ook per 23 mei weer veel plezier van gehad.
–aardappel. Blijft lastig aas, maar niet te duur. Dan te lang, dan te kort gekookt, bijna nooit duidelijk of het aas nog aan de haak zit wanneer je dobber gaat staan. Ik heb er recentelijk nog niet mee gevist, maar meen me te herinneren dat brasem het vooral goed eet. Ook fijn om mee te voeren.
–wormen. Vroeger honderden zonnebaarzen mee gevangen, en baarzen, en paling heel soms en voorn, en een keer een karper op verspeeld. Nu heb ik ermee gevist en heb er deksels weer een karper mee verspeeld! Waarschijnlijk heb ik er ook "de kleinste baars" mee gevangen. 5,5 cm: 0. Als ik niet beter wist zou ik denken een stekelbaars te hebben gevangen. Goed aas. (Note april2005: mag ik niet mee vissen tot de laatste zaterdag in mei, maar ga dat dan ook direct weer doen!) En zie: 30 mei al direct paling en baars mee gevangen. Ik wil alleen een andere haak.
–boilies. Ik moet eens uitzoeken wat je kanzen zijn bij het vissen met boilies en een dobber. (note april2005: (on)vindbaar op internet en de boeken die ik heb gelezen). De viswinkel was zo vriendelijk mij er een handje cadeau te doen. Ik heb nog nooit wat gevangen met boilies, en als die grap met de verspeelde karpers nog lang duurt, zal dat ook nooit gebeuren. Vroeger stond ik ze thuis altijd wel met veel plezier en inzet te maken. piramides, en dobbelstenen, met de smaak van bosvruchtenthee.
April 2005 mee begonnen op dobber. Chocoladesmaak. Nu vis ik dus met één boilie, geen lood aan een dobber. Ik kan niet wachten tot ik beet heb. Het lijkt me fantastisch, maar goed, het blijft karpervissen. Dan moet je niet op een uurtje kijken. Ik heb gemerkt dat je eerst een lusje aan je lijn kunt knopen, en daarmee dan voorzichtig je haakje, anders is het vrij lastig om nog een kort lusje erin te krijgen.
–garnalen. Mij leek dat er wel vis te vinden moet zijn die in garnalen geïnteresseerd is. Net als maden, meen ik dat alle vissen wel garnalen eten. Ik nam gekookte, het was prettig op de haak, maar ik heb in de 16 uur die ik heb geprobeerd niet het minste tikje waargenomen. Misschien was het pech, misschien waren de garnalen te roze, misschien roken ze niet naar garnalen, of waren ze te zeeachtig, ik weet het niet. Ik zal dat zeker nog een keer proberen. Ondertussen las ik ergens dat je met zeevis uitsluitend snoek vangt, terwijl je met een zoetwatervisje ook snoekbaars, paling en karper(?) schijnt te kunnen vangen. Misschien heeft dat er iets mee te maken gehad.
–boterhammenworst. Ik had gelezen dat mensen (voordat de boilie echt opmars maakte) graag op karper visten met kaas, aardappel, en boterhammenworst. Ik ook proberen. En wie schetst mijn verbazing dat ik al direct de eerste avond inderdaad een spiegelkarpertje ving. Dat is niet de laatste keer geweest dat ik met boterhammenworst heb gevist! Het is namelijk ook niet zo een heel erg duur aas. Buiten dat had ik nog meer beet en heeft enig tandig beestje aan de worst geknabbeld, maar het stuk was te groot. Deze grap worsdt ongetwijfeld vervolgd.



Wat vang ik? Hier staat een file met de nauwkeurigste berekeningen. Onderaan staat de samenvatting.

In zoet water ving ik (ooit) al:

Anguilla anguilla (Linnaeus, 1758)	Perca fluviatilis (Linnaeus, 1758)	Rutilus rutilus (Linnaeus, 1758)	Abramis brama (Linnaeus, 1758)	Gasterosteus aculeatus (Linnaeus, 1758)	Cyprinus carpio (Linnaeus, 1758)
Abramis bjoerkna (Linnaeus, 1758)	Rutilus erythrophthalmus (Linnaeus, 1758)	Esox lucius (Linnaeus, 1758)	Stizostedion lucioperca (Linnaeus, 1758)	Tinca tinca (Linnaeus, 1758)	Lepomis gibbosus (Linnaeus, 1758)
Gymnocephalus cernuus (Linnaeus, 1758)	Phoxinus phoxinus (Linnaeus, 1758)	Gobio gobio gobio (goeie naam!) (Linnaeus, 1758)	Leuciscus cephalus (Linnaeus, 1758)	Alburnoides bipunctatus (Bloch,  1782)

Dat is maar een fractie van de totaal in nederland rondzwemmende vissoorten.
En toch vind ik het lastig zonder de twee vissen naast elkaar te zien de blankvoorn en ruisvoorn uit elkaar te houden.
Mocht ik erachter komen dat ik niet 11 blankvoorns maar 11 ruisvoorns heb gevangen zou mij dat niet verbazen. (Ondertussen geloof ik dat ik nog niet één blankvoorn heb gevangen!) Toen ik zag wat Folmer wist te vangen, wist ik zeker dat ik alleen nog maar ruisvoorns heb gevangen!

En dat is nog niet alles. Bij het ophangen (25 oktober2005) van mijn gevallen vissoortenposter die aan de kastdeur hangt, zag ik ineens dat al die snoekbaarzen die we het hele seizoen hebben gevangen, waarvan ik al vond dat het er veel waren en verbluffend constant in (kleine) afmeting, helemaal geen snoekbaarzen waren. We hebben hele ladingen (11 stuks) pos gevangen. Hoewel ik daar nooit van had gehoord, klinkt me dat veel logischer in de oren. Pos dus.

De langste vis is de paling van 68 cm. Er is een foto van.

Wat vangt Folmer?
Folmer ving 25 juli 2005 een vis die ik hier nog niet eerder had gezien. Een aggressieve die de maden al op had voor ze de bodem bereikten. Rode vinnen, vrij blank, zilverkleurig, een rechte bek, vrij brede bek, geen tanden, torpedovorm, 24 cm groot. Het zou één van de volgende soorten kunnen zijn:

Kopvoorn Leuciscus cephalus (Linnaeus, 1758)	Roofblei Aspius aspius (Linnaeus, 1758)	Serpeling Leuciscus leuciscus (Linnaeus, 1758)	Sneep chondrostoma nasus (Linnaeus, 1758)

Nu zijn al deze vissen vrij zeldzaam, als ze op Nederlandse lijsten voorkomen is dat omdat ze gesignaleerd zijn in het uiterste puntje van Zuid–Limburg. Daaraan heb je dus niks.
+Voor een Kopvoorn zou pleiten de vorm van de bek zoals ik hem mij herinner, en dat hij graag insectenlarven eet (schijnt). –Tegen wegen de maat (30 cm is minimummaat), leefomgeving (snel stromend, ondiep). Misschien is de kopvoorn ook wel uitgesproken breed, als ik dat zo lees.
+Voor een Roofblei zou pleiten het leefgebied. Hij schijnt de Rijn te zijn afgezakt Nederland in. En het roofpatroon. De roofblei jaagt aan de oppervlakte op kleine visjes, en inderdaad zie ik soms wel een hele kleine visjes panieken in het water om ons heen, ik dacht dat het om baars ging. –De neus/kop alleen, die leek mij anders gevormd.
–Voor een Serpeling is een diepere rivier zonder grind en stenen onwaarschijnlijk, de maat lijkt ook aan de grote kant, al weet je dat nooit. +Hij foerageert wel af en toe aan het oppervlak.
+Voor een Sneep pleit de vorm van de bek, dat hij rivieren schijnt af te zakken, en de maat, –maar het blijkt een schraper.

Al met al ben ik er nu van overtuigd (26 juli 2005) dat het een roofblei was. Vooral dat met die kleine visjes en afzakken Rijn vind ik overtuigend. Goeie vis trouwens die tot een meter kan worden! Dat lijkt nog eens ergens op!
Fijn, dat weten we dan ook weer. Nu weet ik ook gelijk weer waarom ik ook alweer een camera in de trog heb zitten, al is me even ontschoten waarom de batterijen het daarvan niet hoeven te doen.

Of zou het toch een winde zijn geweest?
…
Ja. Het was gewoon (nou ja gewoon) een winde. Leuke vis. Ik wou dat ik hem had gevangen.

We hebben begin aug 2012 in België gevist in de Semois (Ardennen). Daar hebben we een hele rits klain grut gevangen met gekregen maden. (Helaas geen barbeel, grote kopvoorn of forel, maar goed…) We hadden wel riviergrondel, een hele set elrits en gestippelde alver en een paar kleine kopvoorntjes. Ook best wel eens leuk, voor de verandering.



Ik vang niet van allemaal evenveel. (note april2005: welles!)

Ik heb (nog) geen foto om te laten zien, maar zie hem zo voor me.

Zo, genoeg gelachen.

	Ga nu maar naar deze site.
	Voor welke vissoorten je hebt met plaatjes erbij is deze met afstand het best.

Als je daar uitgekeken bent kun je ook eens proberen te kijken naar het visprogramma van Ed en Arnoud op Discovery (soms) en –ik meen– RTL4. Veel en veel beter dan RexHunt, die alleen maar tijd probeert vol te lullen. Vreselijk jammer dat hij zoveel afleveringen heeft gemaakt.
Van Ed en Arnoud vind ik het leuk dat ze op een nederlandse manier nederlandse vis vangen in (overwegend) nederlands water (om precies te zijn Hollands water).

Ik hou bij wat ik vang.