home

live

platen

artikelen

film

vido?

archief

email

Vido's LogZine

LIVE

voorbeschouwingen, recensies, tips

18 januari 2001

Suds & Soda P in de OCCII

Het is zo donker in de zaal dat ik niet kan zien of vrienden en bekenden zijn gearriveerd in de OCCII. Ik ben in ieder geval te laat. Vorig jaar begonnen hier de concerten, als je geluk had, pas tegen een uur of elf. Vanavond kom ik voor alle zekerheid rond tienen binnen en Soda P zit op een kwart gedeelte van hun eerste single Late Nite Neckers. Het is het openingsnummer, laat ik mij geruststellen door het eerste vertrouwde gezicht dat passeert in het duister. Soda P opent sterk. Kunnen ze dat niveau vasthouden? Drummer Joost is onlangs genezen van een gebroken pols. Het trio heeft maanden lang niet kunnen spelen. Het is niet te merken. Integendeel. De vertrouwde liedjes van zowel de 7" als de 10" (Remove To Return), beiden uitgebracht door Zabel, passeren zonder noemenswaardige incidenten de revue. Joost breekt een drumstokje en zanger/gitarist Jeremy blijft moeite houden met de hoge noten in Idolize. De rust en zekerheid in het spel van bassist Aldert vormen een veilige ondergrond. Wat zijn de sterkste momenten van Soda P? De ingetogen liedjes bezitten een flinke dosis Karate zonder te vervallen in het George Benson-gepriegel waar Geoff Farina en kompanen ons tegenwoordig op vergasten. Heel voorzichtig begeven de drie zich in Chicago postrockregionen als Jeremy in een nieuw nummer de melodica bespeelt en Joost repeterende klingellijntjes verzorgt op een kleine triangel. De afsluiter is een nieuw nummer, altijd link om te doen, want niemand kent het nog en je moet wel een blijvende indruk achterlaten bij het publiek. Dat lukt wonderwel. Hier is het de kracht van het volume en de volle, herhalende akkoorden die overtuigen. Soda P houdt van complexiteit op de vierkante millimeter, de muziek zit vol details (zowel harmonisch als ritmisch) maar blijft organisch en wordt nergens een te bedachte bedoening.

(Een Soda P-herinnering: 14 september 2000. Na hun optreden in het Patronaat, vanwege het drukke festivalprogramma van die avond op een klein podiumpje achter op het balkon, sloeg de meligheid toe tijdens de set van Suimasen. Omdat het balkonpodium zo klein was kon er nauwelijks publiek boven aanwezig zijn. Dat probleem werd opgelost door een camera op Soda P te richten en het optreden groot te projecteren op de muur links van het hoofdpodium. Tijdens Suimasen bleef de camera boven draaien en zag je het statische beeld van enkele onaangeroerde instrumenten. Drummer Joost, René van Feverdream en een recalcitrante meneer van een platenlabel renden naar de instrumenten en begonnen als idioten te playbacken op de klanken van de achter hun halflange haren verborgen Eindhovenaren beneden. De spookband op de muur ging zo wild tekeer dat vrijwel het voltallige publiek de blik afwendde van het hoofdpodium, elkaar aanstootte en gniffelend wees naar de actie op de muur. Als je er bij was geweest had je zonder twijfel onder tafel gelegen van het lachen. Dit klassieke moment is toevalligerwijs vastgelegd door Supersphere. Ga naar de rubriek concerten, scroll helemaal naar beneden en klik op Suimasen. De beschreven situatie wordt, na de introclip, vanaf 7 minuut 10 in beeld gebracht wanneer de camera naar links zwiept).

Subtiliteit is ver te zoeken bij de twee bands die na Soda P het podium van de OCCII betreden. Ik ben een liefhebber van noise, maar ook in dat genre kan het geen kwaad enige verfijning aan te brengen. Als dat teveel gevraagd is, ga dan compleet door het lint. SGP uit Hoofddorp verzuimt beide mogelijkheden toe te passen. Elk nummer is een willekeurige collage van loopjes en breaks. Gitarist Gabry kan niet zingen en doet op eentonige wijze niet eens de moeite dat te verbloemen. SGP produceert gitaarherrie in grote, logge brokken die als rotsblokken op de maag liggen. Een lange, vermoeiende exercitie in herhalingen van uitgekauwde intervallen (de Diabolus In Musica is erg populair, wissel de F en de B af en je weet wat ik bedoel) waarin nauwelijks muzikaal inzicht in is te ontdekken. In geluid en bewegingen op het podium (de bassist met pet buigt schokkerig met de maat mee) hoor en zie je de invloed van lokale noisegoden Gone Bald (Shellac en Unsane zijn ook niet ver weg). De lang uitgesponnen composities van die groep vertellen echter een helder verhaal, SGP is een aaneenschakeling van los staande anekdotes. Ontzettend jammer, want ze brengen muziek uit op een zeer sympathieke label: Narromined (binnenkort verschijnt bij hen de zeer interessante internationale compilatie We're Running Out Of West).

(Een SGP-herinnering: 18 juli 2001. Vorig jaar speelde de groep in het voorprogramma van Heroface in het AMP aan de KNSM-laan te Amsterdam. Daar vielen de bovengenoemde gebreken me ook al op. Het was raar noisebandjes te zien vanaf een van de stoelen die in het midden van de zaal waren gezet. Gitaarlawaai kan wel wat beweging in de zaal gebruiken, anders weten de bands niet of hun boodschap overkomt. Tijdens Heroface besloot de compleet van de wereld zijnde drummer van eerste band Birdlips zijn stoel te verlaten en te reageren op wat zich op het podium afspeelde. Zijn eerste poging was het in handen krijgen van de microfoon midden in een instrumentaal gedeelte. Zijn oerkreet werd verstomd door het glas bier dat bassist Razorblade Jr. over zijn hoofd leeg goot. Toen dat niet afdoende bleek en de aanval op het podium te hardnekkig werd, zette Razorblade zijn instrument opzij en gaf hij de stalker een flinke duw. De beschonken jongen had sowieso moeite op zijn benen te staan, met zo'n duw was het onmogelijk het evenwicht te behouden. Hij stortte op het voor ons gelegen tafeltje dat onder zijn gewicht omkieperde. Tussen glasscherven en omgevallen stoelen werd hij gered door omstanders en omhoog getrokken. Met een schaapachtige glimlach vervolgde hij flauw knikkend de rest van het optreden. Pas een dag later had hij door dat zijn arm was gebroken).

Vanavond zal ik niet met leuke verhalen thuis komen, want afsluitende band Nes uit het Gooi speelt het eerste vervelende optreden dat ik in 2002 mag meemaken. De jonge muzikanten zijn zo te zien heel aardige jongens die het niet verdienen dat ik me slechts kritisch over ze uit laat. Sterker, zanger/gitarist Valentijn zou wel eens een nieuwe ster aan het producerfirmament kunnen worden. Zijn opname voor de splitsingle die Feverdream afgelopen december samen met Jimmy Barock uitbracht, laat een direct geluid horen, zonder poespas en overbodige effecten, goed passend bij de rauwe directheid van Feverdream. Nes heeft iets teveel last van rockposes. Valentijn staat vrijwel het hele optreden gekleed in een witte kamerjas. Net als de bassist accentueert hij zijn verwoede pogingen tot muziek maken met het trekken van afwisselend stoere en van inspanning vertrokken gezichten, de bovenlip als een chimpansee tuitend tot vlak onder de neus. De poses maken geen indruk, de zaal loopt langzaam leeg tot alleen de maatjes die voor bij het podium staan te springen overblijven. Het openingsnummer belooft ons stevige pop, de rest van de set is niet anders dan de bij SGP al gesignaleerd moeilijkdoenerij zonder ook maar een vleugje visie en muzikaal inzicht. Tussen twee nummers citeert de gitarist Another One Bites The Dust van Queen. Ik probeer het stof en het zand tussen mijn tanden met bier weg te spoelen terwijl een van mijn maatjes in opperbeste stemming Tarzangeluiden maakt. Zo redden we onze avond. Nipt.

Tekst: Vido Liber


Oude live-recensies staan in het archief.
[home] - [live] - [platen] - [artikelen] - [film] - [vido?] - [archief] - [email]