'GEEN EENVOUDIGE MENSEN AFMAKEN'
Zoals de katholieken iedere week hun Heilige Mis hebben, zo heeft cultureel Rotterdam dit seizoen vijf jaar de Floorshow: een maandelijkse rituele samenkomst die de geest moet voeden. Alhoewel, bij de Floorshow wordt nooit iemand gekruisigd, laat staan zijn lichaam opgegeten.
Tijdens het theaterseizoen wordt in het aan de Schouwburg grenzende café Floor iedere laatste zaterdag van de maand onder de naam Floorshow een cultureel onderonsje georganiseerd. Plaatselijke cultuurbobo's als de boekenverkoopster Maria Heiden en de toneelspeler Fred van der Hilst converseren er, voor een publiek van zo'n 100 koppen, met hun gasten over het wel en wee van de Rotterdamse scene.
"Het gaat over cultuur in de breedste zin van het woord,"
zegt presentator Van der Hilst, die plaatselijk bekendheid verwierf door
de Stads-TV talkshow 'Spraakwater aan de Maas' te leiden. Samen met de
andere zeven redactieleden zit hij in de hal van de Schouwburg voor een
gesprek met de verslaggever over vijf jaar Floorshow. Nou ja, gesprek.
Twee uur lang vliegen de anekdotes en meningen in de rondte. "Iedereen
praat hier door elkaar," verzucht Gerrit Schilder (ex-journalist,
ex-gemeenteraadslid, ex-topambtenaar) na verloop van tijd. "Niemand
luistert. Het is zo vreselijk vermoeiend." Maria Heiden (directrice
van boekhandel Van Gennep en boekenrecensente voor VARA en Radio Rijnmond)
onderbreekt even het gesprek met een van de andere redactieleden: "Wat
zeg je?"
Het gekakel is losgebarsten na de vraag wat het hoogtepunt was
van de afgelopen seizoenen. De meningen blijken sterk uiteen te lopen.
Bijvoorbeeld het optreden van Cheryl Howard, hoofdrolspeelster in de musical
Josephine. Die kwam zo maar even zingen in de Floorshow. "Ja, we hebben
natuurlijk het voordeel dat we beschikken over veel contacten. De directeur
van het Luxortheater, waar de première van Josephine plaats vond, kon het
zo voor ons regelen. Ze was trouwens wel erg zenuwachtig," vertelt
Schilder. De andere redactieleden knikken instemmend. "Raar he? Dat
zou je toch niet verwachten."
Maria Heiden heeft een ander hoogtepunt beleefd. Dat ze de paardenslager
A. Moonen (niet te verwarren met de gelijknamige auteur) mocht interviewen.
Opmerkelijk want de man woont op een steenworp afstand van haar winkel
en is bovendien ook nog een vaste klant. "Hij leest erg veel Russische
literatuur. Dat weet ik want hij koopt het allemaal bij mij." En zichtbaar
geroerd haalt ze de herinnering aan het gesprek weer naar boven. Hoe hij
zo mooi zacht en langzaam vertelde over de dagboeken van Paustovsky. "Hij
sprak mooier dan wie ook op het podium". En ze bootst zijn timide
toon na: "Dan zit je thuis.... en lees je zo'n boek..... je kijkt
uit het raam.... buiten is het koud.... en wat je leest is zo mooi....
net of je er zelf bij bent...." De presentatrice krijgt er weer helemaal
een brok van in haar keel.
Fred van der Hilst noemt als hoogtepunt Frau Antje, een bejaarde
prostituée die voor een tarief van 25 gulden nog steeds haar werk doet.
Gerrit Schilder lepelt meteen haar adres en telefoonnummer op. Of wat te
denken van het live telefonisch interview met fotograaf Vincent Mentzel
die op dat moment - ten tijd van de studentenopstand - in Bejing zat? "Dat
er op de voorpagina van de NRC-Handelsblad een foto van hem prijkt over
wat daar aan de gang is op het Plein van de Hemelse Vrede en je diezelfde
dag nog met hem daarover praat..." Van der Hilst lijkt er nog steeds
van onder de indruk. Het interview was overigens onderdeel van een speciale
aflevering waarin geschakeld werd naar Rotterdammers in den vreemde.
En zo gaat de opsomming van hoogtepunten nog een tijdje door.
Al valt het de verslaggever op dat er een aantal onderdelen genoemd worden
die afkomstig zijn uit de enige twee afleveringen die hij ooit zelf bijwoonde.
Merkwaardig, want die shows trokken aan hem voorbij als de binnenvaartschepen
over de Maas: leuk om even naar te kijken maar wel erg veel van hetzelfde
en allemaal even traag.
Zo wordt bijvoorbeeld het optreden van Melchior de Wolff genoemd,
verantwoordelijk voor de sectie Letteren van de Rotterdamse Kunststichting.
De man hield een verhandeling over het nieuwste model Citroën. Misschien
een leuk plaagstootje naar de literaire klimaatbeheersers in het publiek
maar toch niet iets wat het hart of kruis beroert.
Op de vraag waar de Floorshow nou eigenlijk over gaat laat iemand
de merkwaardige term 'gedramatiseerde actualiteit' vallen. Maar goed, zolang
het in ieder geval maar over cultuur gaat. "We vragen dus geen politici
als dat er niet mee te maken heeft," verduidelijkt Schilder. En zo
kon het dus gebeuren dat burgemeester Peper de Floorshow in 1991 gebruikte
voor zijn rentree onder de Rotterdamse bevolking. Hij las een column over
het karakter van de Rotterdammer, een variatie op de 'opgestroopte mouwen'-kenschetsing
die vooral zijn eigen wedergeboorte moest lijken te verklaren. Het Vrije
Volk drukte de tekst 's maandags integraal af. Gaap....
"De belangrijkste leidraad voor ons programma is dat we
het zelf leuk moeten vinden," roept een van de redactieleden. Maar
van Maria Heiden mag het allemaal wel wat "satirischer, eh nee cynischer...
eh nee, ik bedoel ironischer. Fred is toch vaak een beetje te lief."
Die laatste opmerking is voldoende om Fred van der Hilst zijn reputatie
als mooiste kwaadmaker van Rotterdam eer aan te doen. Hij springt op naar
het puntje van zijn stoel, een wijsvinger gaat de lucht in en raakt de
rand van de tafel. "Ik ben helemaal niet te lief! Dat is een truc....
Snap dat dan toch!" En dan kalmer leunt hij weer achterover: "Bovendien
ben ik écht geïnteresseerd."
Van der Hilst vindt zichzelf helemaal geen slechte interviewer.
"Kijk als ik hier het voltallige - met elkaar in de clinch liggende
- bestuur van Thelonious op het podium krijg en die gaan elkaar ineens
allemaal angstig gelijk geven, dan zeg ik: gaat u maar weer want dit is
niet interessant." Dat is trouwens toch een probleem. Maar weinig
mensen zijn bereid hun conflicten in de Floorshow ten toon te spreiden
dan wel uit te vechten. "Weinig mensen zijn held. De meesten verzachten
altijd alles." En mensen die het verdienen eens hard aan de tand gevoeld
te worden hebben natuurlijk nooit tijd. "Staatssecretaris Simons heeft
al zo vaak gezegd dat hij graag wil komen, maar we hebben hem nog nooit
gezien. Schrijf dat maar op." Dus blijft het vaak bij een informatief
gesprekje met mensen die wel graag gezien worden en kabbel-de-kabbel-de-babbel.
Echt venijnig geroddeld wordt er evenmin, ook al merkt een redactielid
op dat het praatprogramma eigenlijk de dorpspomp van Rotterdam is. "Soms
is het directeurgehalte onder de vijf á zes verschillende gasten te hoog,"
constateert redactielid en schrijver Rien Vroegindeweij.
Terwijl de Floorshow bij de start, die samenviel met de opening
van de Schouwburg, toch bedoeld was als prikkelend programma. In de redactie
zaten destijds journalisten als Volkskrant-redacteur Wim de Jong en Radio
Rijnmonds Nico Haasbroek. "Echte professionals," zegt iemand
van de huidige redactie bewonderend. "Ze maakten de show de eerste
tijd ook iedere week. Onvoorstelbaar dat ze het volhielden." Maar
ze hielden het natuurlijk niet vol. "De Jong verhuisde naar Amsterdam
en Haasbroek kreeg het te druk," zegt Schouwburgdirecteur Alons. Hij
ziet de Floorshow als een middel voor zijn theater om voeling te houden
met wat er in de samenleving gebeurt.
Het grote verloop onder de redactieleden brengt het gesprek weer
op een onderwerp dat vrijwel maandelijks terugkeert op het redactie-overleg:
geldgebrek. Alle redactieleden doen hun werk onbezoldigd. De gasten krijgen
een fles wijn en alleen de optredende artiesten worden betaald. Dat laatste
siert de redactie overigens. Bij de meeste - professionele - talkshows
is het immers andersom. Daar verdienen de makers er dik aan en mogen de
artiesten voor niets opdraven.
Volgens de redactie-leden valt er bij de Floorshows ook veel te
lachen. Vooral bij de onderwerpen die met enige regelmaat door de redactie
zelf in scene worden gezet. Zo wordt er proestend verteld over het gefingeerde
interview met de laatste abonnee van Het Vrije Volk en een item rond het
Mozambique-sijsje waarvan de clou de Circuit-verslaggever de volgende dag
niet meer te binnen wil schieten. Maar in ieder geval was er wel een Radio
Rijnmond -medewerker achter dat laatste verhaal aangegaan. En toen moesten
ze op de redactievergadering vreselijk lachen. Dat hadden ze toch maar
mooi verzonnen.
Van het hardere hakwerk - gasten echt de grond intrappen - zijn
ze bij de Floorshow niet zo gecharmeerd. "Daarom vragen we sommige
mensen ook niet," legt Heiden uit en ze noemt het voorbeeld van de
eigenaar van het antieke potentiemiddelen-winkeltje aan de Van Oldebarneveltstraat.
"Zo'n eenvoudig iemand moet je niet belachelijk maken. Dat is te gemakkelijk.
Al is de verleiding natuurlijk groot hem toch te vragen."
Francisco van Jole
Deze tekst bestaat uit ongecorrigeerde kopij en is eigendom van Francisco Jole. Verdere verspreiding of gebruik niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.