Gered uit de verbrandingsoven

Boeken mag je niet verbranden en toch gaan ze dagelijks met duizenden tegelijk de ovens in. De boeken worden vernietigd, omdat ze 'niet meer lopen', wat een mooi eufemisme is voor onverkoopbaar zijn. Dat lijkt erg, maar het is nog erger. Het boek mag ook niet uit de verbrandingsoven worden gered.

Een boek dat uit de handel verdwijnt, is niet helemaal weg. Met wat geluk kun je het nog in een bibliotheek raadplegen of vind je een exemplaar in een tweedehandszaak. Feit is echter dat de informatie uit een 'dood boek', moeilijk te pakken is te krijgen. Internet biedt dan uitkomst. Je kunt het boek inscannen, oftewel de inhoud digitaliseren en on line zetten, zodat de hele wereld zich alsnog eraan kan laven.

Vorige week bijvoorbeeld wist ik de hand te leggen op een exemplaar van In Holland Staat Een Huis; handleiding voor gerepatrieerden en anderen die zich in Holland gaan vestigen en inrichten. Een boek uit 1939, dat een ander licht werpt op de actuele discussie over inburgering en integratie van buitenlanders. Het laat zien dat soortgelijke problemen kennelijk eerder hebben gespeeld: 'Wat kan ik met mijn inkomen doen in het Vaderland? Waar zullen wij gaan wonen? Hoe staat het met de scholen en belastingen in die plaats en met het sociale leven?'

De titel is niet meer leverbaar, doch niettemin leerzaam. Dus lijkt het me een aardig idee het boek integraal op het net te zetten, bij wijze van historisch materiaal. Zoiets lijkt een zegening voor de mensheid, maar er is wel een probleem: als ik het doe ben ik een crimineel. Of de twee auteurs nog leven, weet ik niet, maar tot zeventig jaar na hun dood is het werk onaantastbaar. Dus zelfs als ze meteen na de uitgave in 1939 zijn overleden, dan nog zal ik minstens twaalf jaar moeten wachten. Als alle andere onderdelen van de erfenis ook zo geregeld zouden zijn, brak er ongetwijfeld een opstand uit onder de nabestaanden.

Nu is er inderdaad wat te zeggen voor een dergelijke bescherming, maar het nadeel voor de mensheid, de ontoegankelijkheid van informatie, is wel erg groot. Mij lijkt het daarom aardig als de beschikbaarstelling van dergelijke 'dode' informatie in handen wordt gegeven van instellingen die daar al eeuwenlang in gespecialiseerd zijn: bibliotheken.

Door de opkomst van digitale informatie worstelen bibliotheken enigszins met de vraag of ze over honderd jaar nog wel zullen bestaan. Bestaat het boek dan nog? Vast wel. But not as we know it. Bibliotheken zouden op die ontwikkeling een voorschot kunnen nemen door alvast te beginnen met wat hen op het eerste gezicht het meeste bedreigt: het digitaliseren van informatie. Wie wil weten hoe dat eruit kan zien, moet eens een kijkje nemen bij www.gutenberg.net, waar honderden werken te vinden zijn van zeer dode auteurs. Dat zou verder uitgebreid kunnen worden: bibliotheken moeten elk boek dat niet meer in de reguliere handel verkrijgbaar is, on line beschikbaar stellen.

Het voordeel van - openbare - bibliotheken is dat ze een publieke functie hebben en er niet op uit zijn winst te maken. Daarmee kunnen de belangrijkste bezwaren weggenomen worden van de grootste tegenstanders van deze ontwikkeling: de uitgevers. Zij hebben liever dat een boek dood blijft dan dat iemand anders het nieuw leven inblaast. Natuurlijk is het digitaliseren niet zaligmakend, noch is het in staat het boek volledig te vervangen. De sensatie om in een boek als In Holland Staat Een Huis een inlegvel aan te treffen, waarvan de tekst begint met 'Tijdens het afdrukken van deze handleiding brak de oorlog uit' verdwijnt grotendeels. Maar wat er na digitalisering overblijft, is altijd interessanter dan niets. Want in Holland mag dan nog steeds een huis staan, de meeste boeken zijn inmiddels geruisloos gesloopt.

  

Francisco van Jole

Uit de Volkskrant van 15 november 1997


Index columns Digitaal

Home