Elektronische kinderen

Vrouwen die hun moederinstincten onderdrukken, bijvoorbeeld vanwege carrièreplannen, vinden op Internet soelaas: elektronische kindertjes. 'Ik heb een kind en tot nu toe deed dat weinig anders dan slapen', schreef Karin Spaink vorige week in de newsgroup nl.eeuwig.september, een soort elektronisch praathuis voor de Nederlandse netbewoners. 'Ze verplaatste zich veel en at nauwelijks (zodat ik vermoedde dat ze van de lucht leefde, of van haar dromen). Maar vanavond heeft ze zich verdedigd en met succes een aanval afgeslagen. De belager was een zwangere moeder die al 1 dode op d'r geweten heeft.'

Het kind van Spaink leeft in Technosphere, een Brits systeem waar Internetgebruikers 'kinderen' kunnen maken die worden losgelaten in de digitale wildernis. Anders dan bij gewone kinderen kan de ouder tamelijk precies aangeven hoe het digitale kind er moet uitzien. Bijvoorbeeld hoe snel het zich verplaatst en of het vlees eet. De ouder wordt vervolgens via e-mail op de hoogte gehouden van het wel en wee van het kroost, als een soort elektronische Foster Parent.

'Mientje (ID 17093) is eating', krijgt de gebruiker te lezen. De ID is, zeg maar, een elektronisch oormerk waarmee de ouder zijn kroost uit elkaar kan houden, want de wezentjes willen nogal eens met elkaar copuleren, waardoor er een complete familie kan ontstaan. 'Mientje (ID 17093) paarde met Quasio (ID 23712) en werd zwanger', aldus de persoonlijke nieuwsdienst. Soms wordt het spannend, zoals Spaink ook meldde: 'Mientje (ID 17093) ontsnapte er aan opgegeten te worden door wezen Draca (ID 38941).'

De berichten sijpelen onregelmatig binnen. Soms wordt zelfs maandenlang niets van de koter vernomen. Maar ongeruste ouders kunnen altijd een soort rapportje opvragen over het welzijn van hun kinderen. Dat ziet er ongeveer zo uit: 'Mientje'; herbivoor ID 17093. Mientje werd gemaakt door mammie muis.nl en is 33,67 dagen oud. Het is thans volwassen en voor 21,09 procent gezond. Zijn huidige activiteit is slapen. Het heeft 0 kinderen. Het heeft 0 wezens gedood en bedreef 64 keer cyberseks. Het heeft 28,15 kilo voedsel gegeten en 356,81 kilocalorieën aan energie verbruikt en heeft een totale afstand van 121,12 kilometer afgelegd.'

Beweer maar eens dat dat niet ontroerend is.

Technosphere (www.technosphere.org.uk) is knap gemaakt. Zo kan de ouder een vlucht over het leefgebied van zijn gezinnetje maken en trachten de kinderen te ontwaren. Natuurlijk leven de kindjes niet echt en bestaat de wildernis van Technosphere helemaal niet. Het is een computerprogramma dat is aangesloten op het net en waaraan de bezoeker zelf elementen kan toevoegen. Niettemin is het uitermate realistisch. Ik ken drie mensen die er gebruik van maken. Met een opvallende tederheid praten zij over hun 'kindjes'. Het zijn alledrie kinderloze vrouwen.

Dat zet aan het denken. Maar op een verkeerd spoor, want navraag leert dat minstens evenveel mannen zich op het systeem hebben gestort. Naar verluidt zijn bij sommige bedrijven hele afdelingen aan het moederen.

De band die de ouders met hun virtuele kindjes hebben is opvallend. Als ze bericht krijgen dat het kind is gestorven, zijn ze meestal even sip. Ze weten dat het kroost niet echt leeft, maar op de een of andere manier verdringen ze dat beeld bijna automatisch en laten ze zich meeslepen door een fantasie die kennelijk onontkoombaar opkomt. Een verschijnsel dat overigens nauw verbonden is met Internet. Bij meer interactieve toepassingen lijkt het alsof er een film de binnenzijde van de hersenpan wordt geprojecteerd.

Niettemin: Hoe mooi zou het zijn om elektronische kinderen te hebben. Kroost dat je kunt uitzetten of waar je de batterijen uithaalt als je een rustig avondje wilt hebben. Ik heb geen kinderen, omdat mijn vrijheid mij te lief is, maar zo'n parttime nakomeling, dat lijkt me wel wat.

  

Francisco van Jole

Uit de Volkskrant van 3 mei 1997


Index columns Digitaal

Home