Bij de dorpspomp van de global village

In juni vorig jaar plaatste een inwoner van Putten een oproep op Internet: hij wilde graag kinderporno ontvangen en was voornamelijk geïnteresseerd in jonge meisjes. De persoon in kwestie dacht anoniem te kunnen blijven door zijn naam weg te laten, maar hij maakte enkele cruciale fouten waardoor het achterhalen van zijn identiteit een peulenschil is.

De sporen zijn zelfs tot op de dag van vandaag eenvoudig op te vragen. Binnen vijf minuten is duidelijk om wie het gaat, zelfs wat zijn telefoonnummer is. Zonder het te beseffen heeft de Puttenaar een soort openbaar elektronisch strafblad van zichzelf aangelegd.

De eerste 'fout' was dat hij in het openbaar reageerde op een oproep in onder meer de newsgroup alt.binaries.pictures.erotica.femal: 'I Will E-Mail You Various Pics Mostly Child Female.'

De Nederlander had daar wel trek in en antwoordde met 'Put me on te list' (inclusief tikfout). Hij dacht kennelijk dat hij het verzoek direct in een e-mail naar de aanbieder stuurde, maar door een fout belandde zijn reactie niet in de privé-mailbox van de Amerikaanse aanbieder, doch in het openbare berichtenaanbod van de newsgroup.

Dat had niet alleen tot gevolg dat zijn bericht op dat moment door andere Internetgebruikers kon worden gezien, maar ook dat het werd opgenomen in de database van DejaNews.

De uitglijer van de Puttenaar was daarmee vereeuwigd. DejaNews is namelijk een systeem dat alle bijdragen aan duizenden newsgroups bewaart en indexeert. De miljoenen berichten die sinds 1995 zijn verzameld, kunnen worden doorzocht op karakteristieken als trefwoord, newsgroup, datum en e-mailadres.

Dat laatste is fataal voor de Puttenaar. Als zijn bijdrage eenmaal is opgespoord, is een klik op het e-mailadres van de afzender voldoende om te zien wat hij de afgelopen jaren nog meer op het net heeft gemeld. In dit geval blijkt hij vier maanden daarvoor in een geheel andere newsgroup, nl.comp, een computer te koop te hebben aangeboden. De advertentie is ondertekend met zijn naam en telefoonnummer: 'Na 18.00 uur of probeer in het weekend de hele dag.'

Echt bewijs dat de persoon in kwestie een verzamelaar van kinderporno is, levert deze eenvoudige zoekactie niet op. Een huisgenoot kan zijn computer misbruikt hebben, of iemand wilde hem een loer draaien. Het is op Internet namelijk heel goed mogelijk om berichten te versturen met een vervalste afzender.

Soms wordt op die manier getracht personen in diskrediet te brengen. Zo plaatste een onverlaat begin dit jaar kinderporno op het net uit naam van een nietsvermoedende computerhobbyist uit De Achterhoek. De dader werd korte tijd later gearresteerd, omdat hij elektronische sporen had achtergelaten.

Berichten op Internet bevatten naast inhoudelijke informatie ook altijd technische gegevens die nodig zijn als een stempel op een postzegel. Zoals het stempel toont waar een brief is gepost, zo laten de technische gegevens, oftewel de headers, meestal zien waar een bericht écht vandaan komt. Opsporing is in die gevallen iets lastiger, maar evenmin onmogelijk.

In het geval van De Achterhoek viel uit die gegevens af te leiden dat de dader gebruikmaakte van een inbelpunt van een landelijke provider in Dronten, iets wat onwaarschijnlijk is als je in De Achterhoek woont. Door de tijd van plaatsing te vergelijken met de gegevens die providers bijhouden kon de man eenvoudig door de politie worden getraceerd.

In andere gevallen gaan deze mensen omzichtiger te werk. Ze omgeven zich bijvoorbeeld met een woud van e-mailadressen bij verschillende - buitenlandse - providers. Echt helpen doet dat meestal niet. Zoals iemand met rood haar en een mank been altijd herkenbaar blijft ongeacht zijn kleding, zo blijven dit soort lieden ook altijd te vinden. Het bericht van de Puttenaar bijvoorbeeld is eenvoudig te traceren, omdat het een spelfout bevatte: 'te list'. Weliswaar is 'the list' een veelgebruikte term op het net, maar op die ene dag in juni hebben maar weinig mensen 'te list' geschreven. Persoonsgebonden spelfouten en karakteristiek taalgebruik, zoals stopwoorden, blijken in de praktijk uitstekende middelen om in het woud van databases dat Internet kent, mensen op te sporen die zich van pseudoniemen bedienen of die weigeren hun identiteit bekend te maken.

Langs de ouderwetse informatiekanalen als archieven, bibliotheken en telefoon is het vrijwel onbegonnen werk om iemand op te sporen die Jansen heet, van bitterkoekjes houdt en een spraakgebrek heeft, maar met behulp van Internet kan dat een kwestie minuten zijn. Net als DejaNews vergaren tal van zoeksystemen voortdurend informatie op het net en slaan die op in hun bestanden.

Door dergelijke systemen te combineren kunnen de meest onverwachte resultaten worden geboekt. Als iemands huisadres bijvoorbeeld bekend is, kan de exacte locatie daarvan worden vastgesteld met behulp van online plattegronden. Door vervolgens in een van de systemen op zoek te gaan naar satellietfoto's van het bewuste gebied en daar op in te zoomen, kan worden gezien in welk huis iemand woont en hoe groot diens achtertuin is.

Toen de Canadese communicatie-deskundige Marshall McLuhan de term 'global village' bedacht om de invloed van telecommunicatie op deze planeet uit te drukken, kon hij niet bevroeden hoe trefzeker die term was. Internet maakt van de wereld ook een dorp in de zin dat iedereen alles van elkaar weet.

Privacy werd tot voor kort gezien als een probleem van de staat of het bedrijfsleven versus de burger. Die tijd is voorbij. De onontkoombare en almaar groeiende beschikbaarheid van gegevens maakt dat fragmenten uit het openbare leven van burgers op deze planeet verstrooid liggen over tal van digitale archieven. Internet brengt ze bij elkaar en daar helpt geen enkele privacy-wetgeving tegen. Of het allemaal waar is wat er staat, is net zo zeker als bij de geruchten aan de dorpspomp.

  

Francisco van Jole

Uit de Volkskrant van 7 juni 1997


NB: Deze tekst bestaat uit ongecorrigeerde kopij en is eigendom van Francisco van Jole. Er is geen enkele garantie dat tekst en publikatiedatum overeenstemmen met de gedrukte versie. Gedrukte artikelen zijn op te vragen bij de documentatiedienst van de Volkskrant. Verdere verspreiding of gebruik niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.

Geraadpleegde bronnen

Home