de Volkskrant, 17 januari 1994


 
 

DIGITALISERING RUKT OP


 
  Of het de wereld democratischer zal maken is nog de vraag maar sinds afgelopen zaterdag is de Eerste Kamer langs digitale weg te benaderen. Informatie over wetten die in behandeling zijn, de vergaderagenda en gegevens over de senatoren zelf, zijn opvraagbaar via het wereldwijde computernetwerk Internet. Ook de curricula vitae van Tweede Kamer-collega's en de kabinetsleden kunnen langs deze weg opgevraagd worden. Bovendien heeft de belangstellende burger de mogelijkheid om de gezichten te zien van de volksvertegenwoordigers want door gebruikmaking van de modernste technieken worden er ook gedigitaliseerde portretfoto's getoond.
  De hoeveelheid informatie is indrukwekkend, niet alleen worden geboorteplaats en opleiding vermeld maar ook de nevenfuncties en belangrijke feiten over de persoon zelf. Zo valt over het kamerlid Janmaat - van hem is geen foto opvraagbaar - te lezen dat de overheid in het verleden beslag heeft laten leggen op zijn huis omdat hij weigerde teveel ontvangen subsidiegelden terug te betalen. Bij Brinkman wordt de Arscop-affaire aangestipt.
  De politici hebben elektronisch onderdak gevonden bij De Digitale Stad 2.0, de zeg maar gerenoveerde versie van het Amsterdamse datacommunicatieproject van politiek-cultureel centrum De Balie en de Stichting HackTic dat begin dit jaar van start ging. Tot afgelopen zaterdag was de informatie alleen op een uiterst ouderwets aandoende manier te raadplegen en viel er niet meer te zien dan letters op een beeldscherm. Na de renovatie is het veranderd in een ware multimediaomgeving met mogelijkheden voor beeld (eventueel bewegend), geluid en natuurlijk tekst maar dan in al dan niet fraai opgemaakte pagina's. Daarmee is het tegelijk eenvoudiger geworden om door DDS heen te `wandelen'. In plaats van het intypen van commando's kan de bezoeker nu met de muis de keuzes aanklikken.
  Overigens zijn de politici nog niet helemaal overgestapt op het digitale verkeer. Zo is het weliswaar mogelijk om de senatoren persoonlijke elektronische post te sturen maar die wordt dan wel netjes door de postkamer uitgeprint en op het betreffende bureau bezorgd want de parlementsleden hebben nog geen eigen aansluiting. Lang zal dat naar verwachting niet duren want in de praktijk blijkt dat een kennismaking met de nieuwste techniek voldoende is om de hebzucht los te maken. `Het is opvallend meteen zelf aansluiting tot een dergelijk systeem willen hebben als ze eenmaal met eigen ogen hebben gezien hoe het er uit ziet,' aldus Marleen Stikker, de inofficiele burgemeester van De Digitale Stad.
  Er werden zaterdag meer nieuwkomers gepresenteerd. Zo heeft het ideeenbureau van de Amsterdamse politie inmiddels ook haar intrek genomen in het systeem. De agenten hopen op die manier suggesties te ontvangen over de bestrijding van onveiligheid en zelf de burgers van informatie te kunnen zien. Zo wordt er de tip gegeven om computerapparatuur te laten graveren om diefstal onaantrekkelijker te maken en de opsporing te vergemakkelijken.
  Daarnaast presenteerde de eerste elektronische actiegroep zich: de Digitale Burgerbeweging, oftewel DB.NL die eveneens via DDS te bereiken is. De actiegroep wil de belangen behartigen van gewone burgers nu de technologie zo snel oprukt. `Dat gaat onmiskenbaar gepaard met maatschappelijke veranderingen. Niettemin lijkt alle besluitvorming zich te concentreren rond de belangen van de overheid en het bedrijfsleven. Het is daarom hard nodig dat burgers zich met deze technologie bemoeien,' aldus woordvoerder Steven Lenos. Zo wil de pressiegroep betrokken worden bij de opstelling van het Nationaal Actieplan op het gebied van de elektronische informatievoorziening dat eind dit jaar gepresenteerd gaat worden door de overheid. Nu blijkt alleen de werkgeversorganisatie VNO daarover geconsulteerd te worden. `De parlementsleden die bij de presentatie van onze beweging aanwezig waren hebben echter toegezegd dat ze zullen trachten daar verandering in te brengen.'
  De beweging bestaat uit een bont gezelschap van zo'n honderd mensen. Er nemen onder meer computerhobbyisten, juristen, wetenschappers en ambtenaren aan deel. Afgelopen zaterdag werd een Digitaal Manifest gepresenteerd met als bedoeling dat een grote groep maatschappelijk betrokkenen zich achter de inhoud zal scharen. Er wordt onder meer gepleit voor de vrijheid van informatie - zowel de vergaring als de verspreiding - en een democratische procedure voor de aanleg van de digitale snelweg.
  Dat die vrijheid van informatie geen vanzelfsprekendheid is, bleek ook bij de uitvoering van de renovatie. Aanvankelijk was het de bedoeling om ook uitgebreide informatie over de Tweede Kamer is de Digitale Stad op te nemen. De gegevens bleken echter verkocht aan het geprivatiseerde Rijks Computer Centrum waar ze voor 135 gulden per uur opvraagbaar zijn. Volgens Stikker is de situatie zo verwarrend dat zelfs niemand duidelijk zicht heeft op wie nu eigenlijk het auteursrecht op de bewuste parlementaire gegevens bezit.
 
  Het begrip `vrijheid van informatie' heeft weer een andere inhoud voor de publicist Marcel Bullinga die tezelfdertijd het eerste digitale boek presenteerde. Bijzonder aan het boek is dat het niet in gedrukte vorm verkrijgbaar is.
  Bullinga - die tien eerdere werken gepubliceerd heeft bij vijf verschillende uitgevers - klinkt triomfantelijk: `Eindelijk is er een manier om de almacht van het uitgeverswereldje te breken.' De publicist was `het gezeur en geleur' zat en heeft zijn lifestyle-roman `Roes der Zinnen' gepubliceerd via Internet. Iedereen heeft toegang tot het eerste hoofdstuk van het boek, dat zowel tekst als grafische voorstellingen bevat. Wie daardoor geprikkeld raakt kan door overmaking van vijfentwintig gulden ook de overige hoofdstukken in zijn computer ontvangen.
  In reactie op de uitgave constateerde AKO-literatuurprijswinnaar Marcel Mo"ring op een bijeenkomst over het Elektronisch Boek te Rotterdam dat deze `vrijheid van informatie' alleen maar tot meer rotzooi leidt. Overigens zonder het bewuste boek gelezen te hebben. `Het zijn de mensen die geen uitgever kunnen vinden die hier hun toevlucht tot zullen zoeken. En ze kunnen geen uitgever vinden omdat ze niet kunnen schrijven.'
  Bullinga bestempelt die opvatting tot onzin. `Wat een uitgever doet, wordt economisch bepaald. Deze nieuwe techniek verlost de schrijver van dergelijke beperkingen. Natuurlijk zegt dat helemaal niets over de inhoud. Waarom zou het per definitie slecht moeten zijn omdat het economisch niet interessant is? Mensen als Mo"ring hebben altijd de mond vol over de noodzaak van selectie. Alsof dat een voorwaarde is voor kwaliteit. Kijk eens naar televisie, levert selectie daar zoveel kwaliteit op? Of ga gewoon naar de boekhandel en je ziet hetzelfde. Een dergelijk standpunt is volstrekt oninteressant.'
  Het verkennen van de digitale wereld vereist overigens nog steeds een redelijk technisch inzicht of een onstuitbaar enthousiasme. Het paradoxale is dat de installatie van de software die het gebruik van Internet en De Digitale Stad zo vriendelijke maakt zelf een regelrechte nachtmerrie is. Een speciale floppydisk die DDS vanaf deze week tegen kostprijs gaat aanbieden moet die installatiepijn grotendeels bestrijden.
 
 

Francisco van Jole


NB: Deze tekst bestaat uit ongecorrigeerde kopij en is eigendom van Francisco van Jole. Er is geen enkele garantie dat tekst en publikatiedatum overeenstemmen met de gedrukte versie. Gedrukte artikelen zijn op te vragen bij de documentatiedienst van de Volkskrant. Verdere verspreiding of gebruik niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.

Geraadpleegde bronnen

Home


5