Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 09-05-2003, Pagina 10, Kunst, Recensie

Gedartel, porseleingerinkel en veel flair bij theatrale Bach

Bach scenisch, door het Combattimento Consort Amsterdam o.l.v. Jan Willem de Vriend en Eva Buchmann. 7 mei, Stadstheater, Zoetermeer. Herhaling: Eindhoven (9/5) en Amsterdam (11/5).

Het is een alom betreurd feit dat Bach geen opera's heeft geschreven. Dat wil zeggen: die twee grote oratoria, de Mattheus- en de Johannes Passie, zijn natuurlijk verkapte opera's, maar om die in geënsceneerde vorm te presenteren, komt toch iets te dicht in de buurt van heiligschennis.

Het Combattimento Consort, nooit vies van een avontuurtje, heeft nu besloten die leemte op te vullen met een theatrale versie van twee van Bachs wereldlijke cantates: de Kaffee Kantate en de Jagd Kantate. Het resultaat is een onderhoudende voorstelling, die aardig oogt, maar uiteindelijk niet al te veel om het lijf heeft. Het gaat in deze twee werkjes namelijk allereerst om eten en drinken, wat in theatraal opzicht niet erg dankbaar is.

Het gezelschap, dat hier in vestzakbezetting speelt, opende wat twijfelachtig met een oerversie van Bachs Eerste Brandenburgse Concert, maar voorzag de beide cantates vervolgens van een gloedvolle begeleiding.

De Kaffee Kantate, waarin een vader poogt zijn dochter het koffiedrinken op te laten geven, is met voorsprong Bachs grappigste stuk en daarmee het meest geslaagde onderdeel van de double bill. Dat is mede te danken aan de theatrale flair van sopraan Barbara Hannigan en tenor Bernard Loonen, die het werk met veel gedartel en porseleingerinkel te lijf gaan, terzijde gestaan door bariton Henk Neven in de vaderrol, die in deze enscenering een duidelijke voorkeur heeft voor geestrijker vocht.

Het decor, een met lappen behangen stellage, is simpel, maar de kostuums, ontworpen door couturier Peter George d'Angelino Tap, zijn ware kunstwerkjes. De jurk van Hannigan doet denken aan een reusachtige lampenkap, en het koffiepothoofddeksel van Loonen is een trouvaille.

De Jagd Kantate is wat problematischer, aangezien het stuk eigenlijk alleen maar een lofzang is op de adellijke opdrachtgever. Regisseuse Eva Buchmann heeft er niet meer van kunnen maken dan een aangeklede schranspartij. De zangersequipe kwijt zich welluidend van zijn taak. Maar het enige dramatische accent werd onvoorzien geplaatst door Combattimento-aanvoerder Jan Willem de Vriend. Diens strijkstok viel tijdens de première in twee stukken uiteen.


© Frits van der Waa 2006