afbeelding uit de strip Krazy Kat
Beginpagina
Nieuw op de site
Blog

Publicaties
Vertalingen online
Recensies

Shakespeare
John Donne
Edmund Spenser
Philip Roth
Cynthia Ozick
Henry James

Downloads
Links
Live ondertiteling
Contact
Zoeken


Statistieken/Privacy

P.F. Thomése en Arthur Wevers

In het radioprogramma Opium was zaterdag schrijver P. F. Thomse te gast om te praten over zijn nieuwste boek, J. Kessels: The Novel. Aan het eind van dat programma geven de gasten een 'uit-tip': voorstellingen, boeken of films die ze van harte aanbevelen. Thomése tipte het debuut van collega Arthur Wevers, Bittergarnituur.

Stom toeval natuurlijk dat ik de vrijdag ervoor nou net die twee boeken had gekocht. Maar niet zo raar dat Thomése juist dit boek aanraadde. Ik heb beide romans inmiddels gelezen, en het zijn niet alleen twee prachtige, hilarische boeken. Ze hebben ook veel gemeen.

Oppervlakkig bezien zijn de verschillen groot. Thomése's roman is een uitbundige, karikaturale roadmovie-roman. Bittergarnituur is een 'roman in vaerzen': het is geheel in sonnetten geschreven. Maar de overeenkomsten zijn groter.

Het zijn allebei wat academici graag 'metaromans' noemen: boeken óver boeken, verhalen over het vertellen van een verhaal (of de onmogelijkheid daarvan). Boeken waarin de auteur zichzelf als personage opvoert. In Arthur Wevers' Bittergarnituur vertelt de ik-figuur hoe hij vreemdgaat met de vriendin van, en vervolgens logeert bij de inmiddels door die vriendin verlaten, Arthur Wevers. Hij is bezig met het schrijven van een roman in dichtvorm. En hij piekert over hoe je een verhaal moet vertellen en hoe dat de werkelijkheid weergeeft, of juist niet. Hoe je als schrijver liegt en bedriegt – of bedrogen wordt. Want is de Wevers in de roman nu dezelfde als de auteur? Of is de ik-figuur een afsplitsing van de auteur? Of zijn ze afsplitsingen van elkaar? Is er nu echt overspel gespeeld, of vinden die scènes (geschreven in een porno-idioom) vooral in het hoofd plaats van de verteller, die te veel in zijn hoofd zit en herhaaldelijk zegt dat hij meer naar zijn lijf moet luisteren? Het is een postmodern spiegelpaleis.

In J. Kessels: The Novel gaat Thomése samen met J. Kessels op zoek naar een vermiste man in Duitsland. Bij die reis wordt veel naar muziek geluisterd, veel gerookt en gezopen, veel boeren en scheten gelaten. Hij geeft regelmatig commentaar op het feit dat hij niet alleen personage, maar ook auteur van het verhaal is. En al is hier de auteur zelf de verteller, het andere hoofdpersonage, steevast J. Kessels genoemd (geen voornaam, altijd initiaal erbij), is óók het alter ego van de verteller. ('...zei J. Kessels of dacht ik, of dachten we allebei. Het verschil was niet altijd even duidelijk.')

Wat de romans verder gemeen hebben is de seksuele obsessies van de personages, het gebruik van (en grappen over) pornografische clichés, de obsessie met lichaamsfuncties en -sappen. En vooral, vooral: het prachtige gebruik van alledaagse spreektaalclichés. Het smijtwerk met tenenkrommende dooddoeners waar ook cabaretiers als Hans Teeuwen of Theo Maassen zo goed in zijn.

Accentverschillen? Ja, ook. De roman van Wevers zou je kunnen omschrijven als Arie Storm in sonnetvorm. Het heeft dezelfde toon en thematiek die de romans van die (ondergewaardeerde) schrijver kenmerken. Thomése neigt in zijn toonzetting en onderlichaamfixatie meer naar de meer anaal geörienteerde delen van het werk van Thomas Rosenboom.

Maar vergelijkingen gaan ook mank. Zeker in het geval van Thomése. Die is volgens mij sui generis.

Ik ga de boeken hier niet uitgebreid citeren. Wie er een indruk van wil krijgen, vindt fragmenten op de websites van de auteurs zelf.

Amsterdam, 15 maart 2009

Links

Bittergarnituur
J. Kessels: The Novel
P. F. Thomése

Andere meningen over J. Kessels:
Volkskrant
NRC
Trouw
Parool
Vrij Nederland
Een vrij zure recensie in De Groene, en ook Max Pam trekt een zuinig mondje bij J. Kessels. Ik bespeur bij beide recensenten enig gebrek aan gevoel voor humor.

Andere meningen over Bittergarnituur: Hier een volgens mij veel te negatieve kijk op het boek.
Diverse krantenrecensies waren veel enthousiaster (maar zijn niet online te vinden). Wel deze op NRC, van Manon Braat en Ilja Leonard Pfeijffer






Boeken:
Willem van Maanen
Roths 'Late Years'
Roths Exit Ghost
500 Gedichten...
Bestorm mijn hart
Komrij
Thomése en Wevers

Shakespeare:
De mooiste van...
Guido de Bruyn
Kunst van de liefde

Films:
César et Rosalie


Oude berichten
op Usenet