Internet Nieuws

Deze voordracht is oorspronkelijk gepost in de discussie lijst db-nl van de Digitale Burgerbeweging NL - DB.NL op zondag 2 juni.

Voordracht tweede kamer

door Felipe Rodriquez, directeur XS4ALL Internet B.V

Hallo db-nl,

Euronet Internet heeft afgelopen woensdag een bijeenkomst georganiseerd in de Tweede Kamer, voor de vaste kamercomissies voor economische zaken, verkeer & waterstaat, OCW en justitie. Ik was uitgenodigd om daar een voordracht te houden. Hieronder een verslag van mijn praatje, en daaronder een aantal van de vragen die gesteld werden met mijn antwoorden.


Een goede middag,

Ik ben Felipe Rodriquez. Oprichter en direkteur van xs4all Internet en ook voorzitter van de vereniging van internetproviders. In het verleden heb ik als een van de initiatiefnemers de Digitale Stad in Amsterdam opgericht, tezamen met cultureel centrum de Balie.

Er is veel discussie over wet en regelgeving voor Internet, en daarover gaat mijn verhaal. Vanmorgen werd ik erop geattendeerd dat de Minister van Justitie onlangs een text heeft gepubliceerd in de staatscourant die de betrokkenheid van justitie op de elektronische snelweg benadrukt. Helaas heb ik die text nog niet kunnen inzien, aangezien de staatscourant noch het ministerie van Justitie op Internet beschikbaar aanwezig zijn.

Veel landen zijn van mening dat er nieuwe wetten en regels moeten komen voor wereldwijde infrastructuren als de elektronische snelweg. Dit wordt veelal veroorzaakt door de cultuurschok die internet veroorzaakt. Verschillende culturen, gewoonten en gebruiken botsen nu eenmaal als ze in een grote digitale smeldkroes bij elkaar worden gebracht. Dit stelt verschillende landen voor een probleem, omdat hun eigen wetgeving repressiever is dan die in andere landen op Internet. Vervolgens probeert men het Internet te zuiveren, en middels nationale wetgeving een internationale infrastructuur te reguleren. Dat leidt tot onpraktische situaties en regelrechte blunders.

Onlangs kwam mij een Human Rights Watch (Het rapport is vrij groot. Een beter leesbare 'mirror'versie deze.) document onder de ogen. Daarin werd aandacht gevraagd voor de toenemende censurerende maatregelen van overheden tegen het Internet. Een aantal voorbeelden die daarin werden genoemd zijn, in het engels:

In frankrijk zijn providers gearresteerd ivm kinderporno. De providers zelf hadden met die verspreiding niets te maken, maar het stond op Internet, en daartoe bieden zij toegang. De franse overheid heeft inmiddels laten weten dat er sprake is van een misverstand.

U kunt zich voorstellen dat deze ontwikkelingen niet goed zijn voor een gunstig klimaat voor de ontwikkeling van de elektronische snelweg. Onzekerheid en angst overheersen in deze landen, bedrijven en providers weten niet waar ze aan toe zijn.

Ik ben een voorstander van terughoudendheid op het vlak van internet-specifieke wetgeving. De huidige wetgeving geeft voldoende mogelijkheden om de orde op Internet te handhaven. Kinderpornografie, computerinbraak, auteursrechtinbreuk kunnen nu al worden bestreden.

Er zijn een aantal problemen, zo vergelijkt men providers nu soms nog met allerlei andere zaken. Op basis van die vergelijkingen worden er vervolgens parallelen getrokken wat betreft wetgeving. In het gebruik van analogieeen schuilt een gevaar, de analogie is namelijk nooit compleet. Internetproviders zijn geen uitgevers, geen bibliotheek, geen omroep en geen kabelmaatschappijen. Ze zijn dit allemaal een beetje. Een analogie doet wat Internet betreft altijd tekort aan het geheel. De mogelijkheden die Internet biedt zijn te uitgebreid en te gecompliceerd om simpel samen te vatten.

Ik zal dat met behulp van een paar praktijkvoorbeelden laten zien hoeveel mogelijkheden de wet ons vandaag al biedt.

Cancel-king

Cancelking vernietigd aan de lopende band berichten van anderen op Internet. Het verwijderen van die berichten geschiedt illegaal, cancelking is niet de rechthebbende over het verwijderde bericht. Cancelking woont in Canada, en is vanuit Nederland moeilijk aanspreekbaar.

De aktiviteiten van cancelking zijn zodanig dat deze dreigen een deel van Internet te ontwrichten. Als niets tegen hem wordt ondernomen, worden dagelijks honderden berichten van mensen gewist. Dit kan een precedent scheppen, want als geen aktie wordt ondernomen kan ieder ander dezelfde aktiviteiten ontplooien.

Zijn akties vallen aan te merken als vernieling van de internet infrastructuur. Zijn vernielingen zijn zodanig ontwrichtend dat veel discussies op Internet de laatste weken niet meer op een normale manier te lezen zijn. Zijn akties hebben een direkt gevolg voor de duizenden lezers van die discussiegroepen.

Met de lokale wetgeving die vandaag voorhanden is kan opgetreden worden tegen cancel-king. Hij vernield bestanden die onder andere op nederlandse computers zijn opgeslagen. Het is mogelijk om in Nederland aangifte te doen tegen cancelking. Nederland kan vervolgens aan de Canada vragen om de uitlevering van de cancelking, zodat hij hier berecht kan worden. Uitlevering zou theoretisch geen belemmeringen hoeven op te leveren, aangezien de vernielingen ook strafbaar zijn in Canada. Indien Canada cancelking niet zou willen uitleveren, dan zou hij gearresteerd en vervolgd kunnen worden op het moment dat cancelking een voet op Nederlandse bodem zet.

Aanvallen op de internet-infrastructuur zijn een relatief nieuwe vorm van strafbare feiten plegen, temeer omdat de dader elders verblijft. Toch is het niet onmogelijk om effectieve maatregelen te treffen tegen dit soort vernielingen.

Waarschijnlijk zal het niet komen tot een aangifte in Nederland, omdat er door de Internetgemeenschap wereldwijd al uitgebreid aktie wordt ondernomen tegen cancelking. Duidelijk is wel dat het juridische kader in nederland in principe voldoende mogelijkheden biedt. ,

(naschrift: inmiddels is duidelijk dat het cancel-king gebeuren met een sisser is afgelopen. Ik beschouw het verhaal als een mooie theoretische vingeroefening)

Meldpunt kinderpornografie op Internet

Soms is Internet minder leuk. In een zeer beperkt aantal groepen op Internet wordt soms kinderpornografisch materiaal geplaatst. Verspreiding van kinderpornografisch materiaal is in Nederland strafbaar met maximaal 4 jaar gevangenisstraf volgens artikel 240bWvS. Dit artikel is in februari van dit jaar veranderd. Voorheen was de maximale straf 6 maanden.

Kinderpornografie op Internet heeft elders al geleid tot agressieve akties van overheden. Duitsland ging zover om een hele serie discussiegroepen te laten afsluiten, inclusief sex groepen en discussiegroepen over pedofilie. Dat is een potentieel schadelijke werkwijze, want waar ligt de grens ? Moet een discussiegroep onbereikbaar worden gemaakt omdat 1 racist de sfeer verziekt ? Moeten discussiegroepen over sex onbereikbaar gemaakt worden omdat enkelingen kinderporno verspreiden ? Is het niet beter om direkt de daders aan te spreken, en zonodig te vervolgen ? Dit laatste is de werkwijze die providers ontwikkelen, direkt de dader aanspreken, zodat de internet-infrastructuur niet ingrijpend hoeft te worden gefilterd en gewijzigd.

Providers zijn in het verleden een aantal keer geconfronteerd met verspreiding van kinderpornografie vanaf hun systemen. Daarbij is onder andere aangifte gedaan bij de zedenpolitie. Die hebben de zaak opgepikt en hebben de verspreider uitgenodigd voor een gesprek. Tussen de aangifte en dat gesprek zaten ruim 3 maanden, en al die tijd werd kinderporno door hem op Internet geplaatst. Uiteindelijk is de persoon in een noodgreep afgesloten van zijn internetprovider, om verdere verspreiding te voorkomen.

Hoewel de zaak door de politie prima is opgepikt, is toch duidelijk geworden dat de periode tussen aangifte en behandeling van de zaak nogal veel tijd neemt. In die tussentijd kan de verspreider doorgaan met kinderporno op Internet plaatsen, maandenlang en wereldwijd. Terwijl het in ieders belang is dat er vanuit Nederland geheel geen kinderporno wordt verspreid.

Om deze leemte te vullen is een initiatief gekomen vanuit de internetproviders. De providers hebben gezamelijk een werkgroep opgezet die is gaannadenken over het voorkomen van verspreiding van kinderporno vanuit nederland. Om de werkgroep gestalte te geven benaderden de providers de CRI, een psychotherapeut/psycholoog, twee internetgebruikers, een vertegenwoordiger van de digitale burgerbeweging en het landelijk bureau racisme. Deze laatste is uitgenodigd omdat het meldpunt mogelijk een aanzet kan geven tot een meldpunt racisme op Internet.

Deze werkgroep heeft na enkele maanden elektronisch discussieren een methode bedacht waarbij publieke verspreiding van kinderporno vanuit nederland mogelijk tot een nulpunt wordt teruggebracht.

De methode die het meldpunt gebruikt is even simpel als effectief:

Hierdoor wordt de verspreider met een flinke schok duidelijk gemaakt dat hij de wet overtreedt, dat hij vier jaar gevangenisstraf zou kunnen krijgen,en dat er aangifte tegen hem wordt gedaan als hij niet direkt ophoudt met zijn aktiviteiten.

In de aanloopfase van het meldpunt is deze methode beproefd op een nederlandse verspreider van kinderporno. Deze is toen direkt met zijn aktiviteiten gestopt en verwijderde de door hem vespreide afbeeldingen.

Sinds de formalisering en start van het meldpunt twee weken geleden is de eerste melding binnen gekomen. Deze gebruiker heeft de strenge waarschuwing gehad, en heeft direkt te kennen gegeven te stoppen met zijn strafbare aktiviteiten en de afbeeldingen verwijderd.

De verwachting is dat het meldpunt verspreiding van kinderpornografie vanuit Nederland tot een nulpunt zal terugbrengen. Zodra de verspreiders weten dat ze een risico lopen, zullen ze stoppen met het verspreiden van kinderporno op openbare plekken via Internet Als ze niet stoppen worden ze aangegeven, en worden ze alsnog tot stoppen gedwongen door justitie. Voor het imago van Nederland op Internet is het gunstig dat er aktie ondernomen wordt tegen kinderpornografie op Internet.

Deze twee voorbeelden tonen aan dat met de huidige wetgeving ernstige problemen vandaag al kunnen worden opgelost.

Op civielrechtelijk vlak is er inmiddes jurispudentie met betrekking tot auteursrechten op Internet. Het blijkt dat de auteurswet, die stamt uit het begin van deze eeuw, ook in het digitale tijdperk nog prima is toe te passen. De Buma/Stemra heeft vorige week een aktie gelanceerd waarmee men bij internetgebruikers premies gaat incasseren voor het plaatsen van muziek op Internet.

(naschrift: een van de kamerleden vroeg zich af of de akties van de Buma wel aanvaardbaar waren. Daarbij werd gevraagd of er niet een regeling mogelijk was tussen de Buma en de providers. Het antwoord van de providers is dat de gebruiker zelf kiest om muziek op de webpage te zetten, en dat dit niet een zaak is waarmee de provider zich wil bemoeien)

De providers hebben op aandringen van de overheid het initiatief genomen door een discussie te starten over richtlijnen voor de access-provider bedrijven. Hiervoor is een mailinglist opgericht, en tevens is daarbij een juriste uitgenodigd die al een aantal conceptrichtlijnen heeft uitgedacht. De verwachting is dat over een aantal maanden consensus zal bestaan over deze richtlijnen,. en dat deze dan door providers kunnen worden geimplementeerd.

Internet en de elektronische snelweg staan in nederland ondanks de honderdduizenden gebruikers nog in de kinderschoenen. Het aantal gebruikers groeit met meer dan 100% per jaar, een hoopgevende nieuwe markt. Nieuwe mogelijkheden en nieuwe werkgelegenheid. Nederland heeft een prominente positie in het internationale internet. Wat mij betreft blijft dat zo, maar dan moeten de randvoorwaarden zoals die er nu zijn niet afgebroken worden.

Dank voor uw aandacht.


vragen van de comissies:

Hoe zit het met auteursrechten op Internet ?
Felipe:
De auteursrechten op Internet worden gewoon gehandhaafd, mits de rechthebbende zijn claims kan bewijzen. Er is geen groot probleem met auteursrechten en Internet. Volgens Bernt Hugenholtz biedt het Internet juist kansen om de huidige erosie van de auteursrechten - door toenemende collectivisering- het hoofd te bieden.

Wat is de verantwoordelijkheid van de provider ?
Felipe:
In principe heeft de provider weinig te maken met de informatie die door haar klanten op Internet wordt gezet. De provider is wel altijd het aanspreekpunt, omdat het de enige is die beschikt over het adres en andere personalia van gebruikers. Als er sprake is van een overtreding door een gebruiker, dan zal een rechter-commissaris die personalia van de provider kunnen opeisen.

In hoeverre is de provider in staat om de identiteit van gebruikers te achterhalen ?
Felipe:
In de meeste gevallen is dit geen probleem, aangezien de provider beschikt over het adres van zijn eigen gebruikers. In sommige gevallen is het zo dat internetgebruikers hun adres maskeren met behulp van een zognd. Remailer. Wat betreft deze remailer zijn er op dit moment nog weinig oplossingen, maar de verwachting is dat hierover binnen afzienbare tijd jurispudentie beschikbaar komt. Ik kan me voorstellen dat een rechter daarbij eist dat de remailer gegevens bijhoudt van de gebruikers, voor het geval er ernstige misdrijven worden gepleegd. Volgens de experts is een remailer-operator die geen logging gegevens heeft zelf aansprakelijk voor misdrijven.

Hoe kunnen providers een bijdrage leveren aan de wetsvorming ?
Felipe:
Door dit soort bijeenkomsten met kamerleden te organiseren, door te informeren, te sturen en samen te werken.

Is het Internet een publiek domein, en zoja hoe kan de overheid de regels handhaven in dit publieke domein ?
Felipe:
De wet op Internet is niet anders dan de wet zoals we die al kennen. Er hoeft wat dat betreft weinig tot niets veranderd te worden. Zaken als kinderporno, vernieling of computerkraken zijn nu al redelijk effectief aan te pakken.

Is NLIP bereid om meer meldpunten op te zetten, bijvoorbeeld een meldpunt racisme, of een meldpunt tegen illegaal gokken ?
Felipe:
NLIP is bereid om die initiatieven te ondersteunen. NLIP heeft een sturende rol gespeeld in het meldpunt kinderporno, omdat kinderpornografie een ernstig probleem kan zijn. Ik kan mij voorstellen dat een meldpunt racisme wordt opgezet door de reguliere anti-racisme organisaties, waarvan er tientallen zijn in Nederland. NLIP is bereid om dat te ondersteunen, zonder zelf telkens een prominente rol te moeten spelen. Zelfregulerende akties op Internet moeten niet alleen van de providers komen, maar vanuit een breder kader op Internet, de gebruikers moeten daarin ook participeren.

Is NLIP bereid om in europese verbanden samen te werken ?
Felipe:
Ja. Er zijn al een aantal europese contacten, maar er zijn in andere landen voorzover ons bekend nog geen verenigingen van providers. Wel zijn er veel email contacten met providers elders.

Waarom is encryptie belangrijk voor Internet ?
Felipe:
Encryptie vormt de basis van elektronisch betalingsverkeer op Ineternet, en is tevens belangrijk om de privacy te beschermen. Op Internet is high-grade encryptie beschikbaar en wordt ook gebruikt door gebruikers. Natuurlijk ligt hier een spanning voor het ministerie van Justitie, hetwelk toegang wil hebben tot informatiestromen, daarbij kan encryptie een belangrijke belemmering vormen. Het is echter zo dat encryptie prima versluiert kan worden, zodat niet duidelijk is dat er sprake is van encryptie. Een crimineel zal altijd blijven beschikken over mogelijkheden om informatie te versleutelen, ook als encryptie is verboden.

Hoe kunnen we kinderen beschermen tegen allerlei zaken op Internet?
Felipe:
Daarvoor zijn verschillende programma's beschikbaar, zoals Nocem en Surfwatch. Deze programma's schermen erotische en gewelddadige plekken af voor de jeugdige internetter. Natuurlijk is het zo dat de kinderen vaak meer weten over de computers dan de ouders, en zodoende toch toegang hebben tot allerlei zaken. Dat is echter de verantwoordelijkheid van de ouders zelf. Als in de toekomst blijkt dat Internet echt gevaarlijk kan zijn voor kinderen, dan zijn er nog allerlei mogelijkheden, zoals een leeftijdslimiet. Zover is het echter nog lang niet.

Felipe Rodriquez


Ga terug naar het ineternet nieuws