Druivenrassen
De wijngaard heeft de status van Vin de Pays d´Oc. Een deel ervan komt
volgend jaar mogelijk in aanmerking voor de hoogste wijnstatus AOC Côtes de la
Malepère. Dit afgebakende wijngebied heeft nu nog de VDQS-rang, vin Délimités de
Qualité Superieure, wat weer een rang hoger is dan de Vin de Pays. Precies 31
dorpen, waaronder Arzens in de provincie de Aude vallen er onder.
De naam `Malepère´ is een
verbastering van `malos pierres´, een woord uit de taal van oc, wat zoveel
betekent als `slechte stenen´, vermoedelijk omdat de rotsbodems in deze streek
zachter bleken dan gedacht.
Domaine de Bellevue: rechts chardonay, links cabernet franc
De Malepère afficheert zich graag als een wijngebied dat zowel wordt
beïnvloed door het warme mediterrane klimaat als het koelere Atlantische klimaat
dat westwaarts heerst.
De verordeningen van de VDQS zijn tamelijk strikt, en dat wordt straks
met een AOC nog meer rigide. Ingewikkeld is het bovendien.
Het komt er op neer dat de rode wijn voor meer dan helft moet zijn
gemaakt uit merlot. De andere twee belangrijke rassen zijn cabernet
franc en côt. Rode wijn moet voor minstens 20% uit deze twee rassen
bestaan, samen òf afzonderlijk. Deze drie rassen zijn allen bekend uit de
Bordeaux-streek, maar ook dichterbij in de Cahors
Voor de overige dertig procent is er een scala aan mogelijkheden. De
bekende cabernet-sauvignon-druif wordt toegepast, maar ook meer mediterrane
rassen als grenache en cinsaut.
Deze laatste twee vormen ook de hoofdmoot voor de rosés. Ook cabernet
franc belandt in de rosé.
Witte wijn komt hoofdzakelijk als vin de pays voor. Chardonnay is
de bekendste. De roots van dit druifje liggen in de Bourgogne, waar ze dikwijls
in peperdure eikenhouten vaten worden opgelegd. Daarnaast is er een zeer
smakelijk en aromatisch regionaal ras, chasan, een kruising tussen chardonnay en
een lokale variëteit.
De wijn zijn 2 tot 3 jaar houdbaar. Afhankelijk van het wijnmaakprocédé
is dat voor rode wijn soms wat langer. Vast staat in elk geval dat het geen wijn
is die na jarenlang verblijf in een kelder sterk verbetert.
CHARDONNAY
Onze wijngaard bestaat als gezegd uit bijna 7,5 hectare druiven. Ongeveer
driekwart hectare van de wijngaard is aangeplant met chardonnay,
het ras waar cave La Malepère een uitstekende witte wijn van maakt. En,
surprise, ze maken ook een méthode traditionelle, een frisse
`bubbeltjeswijn´. Op resterende 6,5 hectare staan drie rode druivenrassen,
vooral merlot en verder cot (malbec) en cabernet franc. In
de toekomst willen we op nieuwe stukken wijngaard ook andere druivenrassen
aanplanten, mogelijke mediterrane druiven, en misschien ook wel iets heel
anders.
Dat is uiteraard afhankelijk van
nader onderzoek naar de potentie van de grond en de visie van experts. Ook
de hoogte (300 meter) speelt een rol. Het lijkt er te fris voor
bijvoorbeeld cabernet sauvignon.
MERLOT
Enkele kwalificaties van merlotdruiven, uit het prachtboek “ontdek
de wereld van de wijn” van `wijngoeroe´ Hubrecht Duijker. Merlotdruiven bevatten
iets meer suiker (afhankelijk uiteraard van de hoeveelheid zon), wat na de
vergisting kan resulteren in een hoger alcoholgehalte. Ze bevatten iets minder
tannine, de wat bittere stof die je proeft als je een druivenpit doorbijt of op
een schil kauwt. Tannines zijn niettemin belangrijk want ze geven de wijn kracht
en dikwijls ook potentie om zich ontwikkelen. Merlotdruiven rijpen sneller en
zijn daarom geschikt voor de wat grotere hoogte. In het najaar voor de oogst
zijn ze daarmee ook minder kwetsbaar voor regen en hagel. Daar staat tegenover
dat ze in het voorjaar eerder vrucht zetten en daarmee gevoeliger zijn voor
nachtvorst. Het ras heet ook gevoelig voor plantenziekten als meeldauw.
De naam merlot zou volgens historici afkomstig kunnen zijn van merle
(merel). Vanwege de vroegrijpheid van de druif vallen de vogels er het eerste
voor.
Kenmerkende aroma´s: donker fruit als zwarte bessen, bramen, kersen en
vijgen. Ook kwalificaties van laurier (drop) en een scala van diergeuren (leer,
bont) vallen merlot ten deel. En wat te denken van `een bos in herfst, met
gevallen bladeren en kreupelhout'?
CABERNET FRANC
Cabernet Franc
wordt gezien als het suffe broertje van cabernet sauvignon, want iets lichter
van kleur, lager tanninegehalte en minder noblesse, aldus Hubrecht Duijker. Maar
vanwege zijn geur, fruitigheid en productiviteit wordt de druif toch veel
aangeplant. Net als merlot rijpt cabernet franc vroeger en is het vlijtig
druifje dus geschikt voor een koeler klimaat op wat grotere hoogte. In de
Bordeaux is het een `steundruif´ in de melange van cabernet sauvignon en merlot.
In de Loire streek, nabij Tours wordt 100% cabernet francwijn gemaakt,
bijvoorbeeld in Bourgeuil.
Kenmerkende aroma´s: zwarte bessen, rood fruit als aardbeien, frambozen,
“niet zelden iets van potloodslijpsel en frequent plantaardige elementen als
aardappelschil, groene paprika en florale tonen (viooltjes)”. Alstublieft! En we
zijn er nog niet: “Sommige wijnen kunnen ook iets hebben van koffie, chocolade
en enigszins aardse aspecten.”
COT
De derde rode variëteit is cot, de oorspronkelijke naam van malbec,
die het zeer goed doet in Argentinië. In Bordeaux is het ook een ondersteunende
druif, in Cahors is het de bepalende druif. Het leidt tot volle wijn met
kruidige fruitigheid, veel kleur (zwart!) en rijpingspotentieel. De lijst van
aroma´s komen sterk overeen met Cabernet franc.