De geschiedenis van Snooker:
SNOOKER:
De ontstaansgeschiedenis van snooker ligt in Frankrijk.
Daar speelde men in de negentiende eeuw croquet,
een spel waarbij op een grasveld met een soort hamer ballen door poortjes geslagen moesten worden.
De uitoefening van deze sport in Engeland leverde problemen op door het wisselvallige klimaat.
De oplossing werd gevonden in het verplaatsen van het spel van buiten naar binnen.
Het grasveld werd een tafel.
De tafel kreeg gaten ter vervanging van de poortjes en randen om te voorkomen dat de ballen eraf rolden.
De keu werd uitgevonden als vervanger van de hamer. Een nieuwe sport met een nieuwe naam was geboren: billiards.
In het beginstadium werd alleen met rode ballen gespeeld, later werden andere kleuren toegevoegd.
De tafel werd voorzien van een laken en verschillende andere nieuwigheden werden geïntroduceerd.
Ook de naam van de sport werd veranderd.
De benaming ‘snooker’ werd het eerst gebruikt door een Engelse generaal in Brits-Indië,
die het als vloekwoord gebruikte wanneer met de witte bal niet in een directe lijn lag met de verplicht te raken bal.
Wat is snooker?
Snooker is een sport die je op een tafel speelt met zes gaten erin.
Er liggen op de tafel ook allerlei gekleurde ballen die ballen hebben allemaal een waarde.
Zoals deze ballen plus waarde: Rood (1), Geel (2), Groen (3), Bruin (4), Blauw (5), Roze (6),
Zwart (7). Er zijn van de rode ballen in totaal 15 stuks, dus die zijn bijelkaar 15 punten waard.
Het is de bedoeling dat je alle gekleurde ballen wegspeelt maar zo gemakkelijk is dat ook
weer niet, want je moet het in een bepaalde volgorde doen. Je moet eerst een rode bal wegspelen
en dan pas een kleurtje naar keuze. Als je dat gedaan hebt doe je weer een rode bal en dan weer
een kleurtje enz. Als je mist mag de tegen stander weer. Je speelt natuurlijk niet met je vingers maar
met een keu. Een keu is een soort langwerpige stok met aan het uiteinde een zacht deeltje.
Dat zachte deeltje heet een pomerance. Om de pomerance bruikbaar te maken moet je heb
na elke stoot krijten met een krijtje.
Nog meer regels:
De spelregels:
Doel van het spel is om met de witte bal de andere ballen stuk voor stuk in de pockets te spelen.
Daarbij geld, dat steeds afwisselend een rode bal en een gekleurde bal in de pockets gespeeld
moeten worden. Voor elke bal die correct in een pocket wordt gespeeld, ontvangt de speler punten.
Punten score:
De speler probeert altijd met de witte bal een rode bal in een pocket te spelen. Als dit in
een keer lukt, probeert de speler een van de ballen met een andere kleur in de pocket te spelen.
Lukt dit ook in een keer, dan moet er weer een rode-bal gespeeld worden. Dus steeds om en om,
rood - gekleurde - rood - gekleurde.
De rode ballen verdwijnen.
Rode ballen die in een pocket gespeeld worden komen niet meer terug op tafel. De ballen
van een andere kleur wel. Die worden nadat ze in de pocket gespeeld zijn,
meteen weer op hun oorspronkelijke plaats teruggelegd. Na verloop van tijd zullen er
dus geen rode ballen meer op de tafel liggen.
Einde van de beurt.
De beurt is voorbij als: Er geen bal in de pocket gespeeld wordt. Een verkeerde bal in de
pocket gespeeld wordt. Een verkeerde bal als eerste door de witte bal geraakt wordt.
Als alle
Dit is een "KEU" . Klik op een keu om weer naar boven te gaan op deze pagina.
ballen weggespeeld zijn worden de gekleurde ballen in vaste volgorde weggespeeld,
zonder dat ze worden terug gelegd.
Geel
Groen
Bruin
Blauw
Roze
Zwart
word als 1e weggespeelt
word als 2e weggespeelt
word als 3e weggespeelt
word als 4e weggespeelt
word als 5e weggespeelt
word als 6e weggespeelt
