24 november 2002
Een Villa werd gehuurd, waar we in de avond van 16 november aan kwamen. Team Castillejar bestond uit: Jos, Karin en Niek Nijland, Gerard de Boer, Wytze en Rina Slofstra, ik, Elise, Demi en Brian. De eerste 3, en de laatste 4 vormen 2 gezinnen. De kids en de vrouwen waren er dit keer dus bij. Belangrijkste doel van de expeditie (voor mij) was dan ook om Elise en de kids de Leoniden te laten zien. Zondag een grote 'meeting' van een man of dertig in de Villa in Castillejar met alle teams. Niet alleen Nederlanders, maar ook Tsjechen, Belgen en een Engelsman vonden hun weg naar de bijeenkomst. De nacht zelf zou vanuit Castillejar wel eens te bewolkt kunnen zijn, daarom vertrokken alle teams van de DMS (het waren er 5) naar de oostwest kust van Spanje. Bij het plaatsje Fuente Alama vonden we een zeer fraaie waarneemplek. Vanuit de camper van Wytze en Rina werden we verzorgd met stokbrood met zalm, koffie en soep. De eerste Leonide verscheen om 0.25 uur UT.Een uur later kwam er vanuit het westen bewolking opzetten. De Leoniden werder steeds talrijker, tijd dus om de kids wakker te maken. Voor Niek en Brian geen probleem. Demi was echter niet wakker te krijgen, en heeft dus geen meteoor gezien. (vertel dat maar eens aan de juf). Brian ging naast mij liggen en zag als eerste meteoor een vette vuurbol in de Leeuw van -6, met een nalichtend spoor van enkele minuten. Dat is nog eens een begin. Brian en Niek begonnen te tellen, maar stopten na een klein half uurtje, omdat ze het niet konden bij houden. Ze zaten toen al tegen de 90 meteoren per persoon. De bewolking werd wel lastig, maar gelukkig bleef er een heel gebied rond de Leeuw vrijwel wolkenloos. Dat werd dus radiant kijken. Iets wat ik in al die jaren bijna niet gedaan heb. En ik mag wal zeggen dat dit radiant kijken heel erg spectaculair was. Je zag ze echt wegschieten uit de kop van de Leeuw. De aantallen werden hoger en hoger, maar vanwege de bewolking was het echt inspreken op memorecorders niet mee te doen. Gewoon kijken en genieten dus. Af en toe lichtte de bewolking op omdat er een heldere meteroor uiteen spatte. Het maximum viel inderdaad rond 4 uur UT. Op een gegeven moment zag ik er zelfs 5 tegelijk. En dat met redelijk wat bewolking. Kortom: ondanks de bewolking kunnen we spreken van een geweldige show, met heel veel mooie Leoniden!
De dagen erna genoten van een paar fantastische uitstapjes naar o.a. het Alhambra in Granada, de berg Jabalcon, waar op de top een wind stond die zelfs Jos nog niet eerder had meegemaakt, en een prachtige rit door het natuurgebied ten noorden van Castillejar. Leuk detail is dat ik elke morgen rond kwart voor zeven mijn bed uit moest omdat Hans van Wieren van RTVOost (omroep voor Overijssel) me belde voor een interview.
Dat was het dan: de Leoniden zijn verleden tijd. We kunnen terugkijken op een aantal fantastische jaren. De Dutch Meteor Society ging er voor, en haalde fantastische resultaten.
De mooie jaren zijn nog niet voorbij. Ook in de toekomst zal de DMS op expeditie gaan. Waar naar toe? Niemand die het nu nog weet. Maar we zullen zeker weer vertrekken naar mooie exotische oorden.
Mijn dank gaat uit naar iedereen die er bij was, met jullie maakte ik onvergetelijke dingen mee, waar ik nog lang met heel veel plezier aan zal terug denken.
Speciale dank is er ook voor al die mensen die het organiseerden. Een fantastische klus, door een groep fantastische mensen tot een goed einde gebracht. Soms met een traan, maar nog veel vaker met een lach. Graag tot ziens onder een heldere sterrenhemel, waar dan ook ter wereld.
Arnold Tukkers
21 november 2002
Hieronder een korte samenvatting van de resultaten van mijn radiowaarnemingen van de Leoniden. Evenals voorgaande jaren waren er weer vele langdurige reflecties en dat maakt de interpretatie van de resultaten moeilijk. Duidelijk herkenbaar zijn de pieken rond 4h en 11h UTC, met mogelijk een derde piek rond 7h.
Visueel was er weinig lol te beleven aan de Leoniden. In Roden waren er af en toe kleine gaten in de bewolking, waar ik in totaal een stuk of tien meteoren heb kunnen zien.
Observer: Ton Schoenmaker Location: Roden, Netherlands (06 26' E, 53 08' N) Frequency: 60.500 MHz Transmitter: French TV channel L3 (video); transmitter in Carcassonne (100 kW), distance ~1100 km Antenna: 3-elements horizontal Cushcraft 50 MHz Yagi tuned to 55.3 MHz; geographical azimuth 195 degrees (SSW) Receiver: Yupiteru MVT-9000 in USB mode; sensitivity 0.5 uV at 12 dB S/N Observing: 800 Hz audio signal from earphone socket was rectified, digitised and fed into a PC via the parallel computer port. HP VEE was used to process the digitised signal and to store 15-minutes counts of reflections stronger than 0.22 uV (-120 dBm). Also for all individual meteors date, time, duration (dead time) and maximum signal are stored.
Like previous years counting of the Leonid reflections was difficult. This was due to many long duration reflections caused by fast and bright Leonids. Therefore the dead-time corrected counts (Figure 1) as well as the hourly dead-time percentages (Figure 2) are given. Both figures show also the data corrected for radiant elevation.
Although the results may have been influenced by individual long reflections, both figures show peaks on November 19 around 4h15m, 7h00m and 10h45m UTC.
Figure 1. Dead-time corrected counts for 30-minutes periods of Leonids. The light red data are only corrected for dead-time, the bright red blue data are also corrected for elevation of the radiant.
Ton Schoenmaker, Dutch Meteor Society and IMO
Figure 2. Reflection percentages for 30-minutes periods of Leonids. The light blue data are uncorrected, the dark blue data are corrected for elevation of the radiant.
Laatste nieuws KNMI
19 november 2002
De eerste Leoniden verschenen volgens Kuiper rond 23 uur, doch pas omstreeks 3.25 uur nam het aantal meteoren sterk toe tot het maximum overeenkomstig de voorspellingen om 5.05 uur werd bereikt. Toen werden 87 meteoren per vijf minuten geteld. Dat is extreem veel en het hadden er aanzienlijk meer kunnen zijn als niet de Volle Maan veel lichtzwakkere meteoren overstraalde en dus aan het oog onttrok. Er zijn meer nachten in het jaar dat er veel meteoren te zien zijn (zoals in augustus), maar nooit meer dan gemiddeld 10 per vijf minuten.
De Leonidenregen bevatte verscheidene zeer heldere meteoren of vuurbollen, die in enkele gevallen nalichtende sporen vertoonden die minutenlang zichtbaar bleven. Soms vielen er wel vijf of zes meteoren tegelijk op bijna dezelfde plek aan de hemel. In de novembermaanden van 1998, 1999 en 2001 traden er ook ongekend hevige Leonidenregens op waarvan die in de eerste twee genoemde jaartallen in Europa goed zichtbaar waren. De Leonidenregen van dit jaar was volgens de verwachtingen de laatste in deze reeks. De volgende is misschien over zo'n 30 jaar, maar de voorspellingen duiden er meer op, dat we tot omstreeks 2095 moeten wachten tot zich voor het eerst weer een Leonidenuitbarsting zal voordoen.
19 november 2002
Wie de wekker had gezet, weet het: Nederland was grotendeels bewolkt. Marcel Kanon uit Heerenveen had wel geluk. Hij zag in het noordoosten van het land de bewolking openbreken en telde in een kwartier tijd zo'n 150 Leoniden. Hieronder zijn enthousiaste verslag.
Carl Koppeschaar
Zo zag mijn nacht er uit.
3:30 De wekker, gauw alles in de auto brengen, ik had gisteravond alles al klaar staan. Mijn standaard uitrusting nm : m'n etx70, statief, spiegelreflex camera, roodlicht zaklamp en m'n sterren kaarten.
Ik loop naar buiten en zie dat de bewolking aardig dicht aan de hemel hangt. Maar toch met goede moed in de auto, want 5 uur is de piek!
4:00 Aankomst bij mijn seeing-spot een klein plaatsje net buiten Heerenveen ver genoeg om uit e licht vervuiling te zijn. Eigenlijk ziet de lucht het zelfde eruit als een half uur geleden, alleen wat zwarter omdat er geen lichtvervuiling meer is.
4.30 Ik sta op het punt weer teleurgesteld naar huis te gaan als ik ineens Sirius door de wolken heen zie prikken. Snel doe ik de motor weer uit en stap weer uit de auto. Langzaam komen er meer sterretjes door de wolken heen. en al snel zie ik de eerste vallende ster.
5:00 De meteoren vallen nu achter elkaar naar beneden, eigenlijk steeds door de Grote Beer en af en toe een verdwaalde achter me door Orion, van de maan heb ik gelukkig geen last want daar hangt de dikke wolken partij voor van zonet.
Af en toe zie ik zo'n grote naar beneden vallen dat er een blauwe gloed van af komt, een enkeling valt door een pluk bewolking en laat een prachtige staart achter.
5:15 Een hele merkwaardige vallende ster valt ten hoogte van Orion, net op het felste moment maakt hij een lichte bocht en vervaagt.
5:20 Het grootste geweld is over en ik heb zo'n 150 geteld, en nu ik toch de telescoop heb in gepakt kan ik mooi van de gelegenheid gebruik maken om ook de rest van de hemel te bekijken.
Jupiter stond mooi hoog en was wolkenvrij, ik heb zijn manen mooi kunnen zien. Ook Saturnus was zichtbaar en met m'n 9mm en 2x Barlow kon ik de ringen mooi zien. De Orionnevel was minder want deze stond redelijk dicht bij de maan, dus die gloed overheersde wel.
6:15 Uiteindelijk trekt de bewolking toch weer dicht alsof het wil zeggen,
feest is over ga maar weer naar huis, en ook de mist
begint al langzaam dichter te worden. Uiteindelijk ben ik blij toch
gegaan te zijn en heb ik toch nog een heel erg
geslaagde avond gehad!
Marcel Kanon (21 jaar)
Heerenveen
KNMI
Maandag, 18 november 2002 22:37 uur
actueel weeroverzicht van het KNMI
verwachting Deutscher Wetterdienst
18 november 2002
Graag zijn we op zoek naar waarnemers, zowel ter land, ter zee als in de lucht die in genoemde periode waarnemingen kunnen doen. Wellicht dat u ons wilt helpen om onze oproep door te geven.
Deze waarnemingen kunt u invullen in een speciaal formulier die direct beschikbaar is vanaf de hoofdpagina van Meteonet. Dit project doen we in samenwerking met KNMI-hoofdmeteoroloog Jacob Kuiper die al eerder het initiatief gaf tot een speciaal waarnemersproject vanuit de lucht en vanaf de zee.
Wilt u meer informatie, ook dan kunt u terecht op onze site. Vooral in ons journaal staat veel informatie over deze vallende meteoren.
Het Journaal vindt u direct op: www.meteonet.nl/aktueel/journaal.htm
18 november 2002
De Leoniden ontlenen hun naam aan het sterrenbeeld Leeuw (Latijn: Leo) waarvandaan ze langs de hemel lijken weg te schieten. Ze zien eruit als razendsnelle, sterachtige puntjes die wegvluchten en worden in de volksmond ook wel 'vallende sterren' genoemd. In werkelijkheid zijn het geen sterren maar stof- en gruisdeeltjes ('meteoroïden') die de komeet 55P/Tempel-Tuttle tijdens zijn vele omlopen rond de zon achterliet. De gruisdeeltjes hebben zich langs de hele baan van de komeet verspreid en de aarde kruist die baan ieder jaar rond 18 november. Terwijl onze planeet door de gruisdeeltjes ploegt, schieten sommige met grote snelheid de atmosfeer binnen. De luchtmoleculen worden door de wrijving met het deeltje zodanig verhit, dat ze fel oplichten. Voordat het deeltje op zo'n 100 kilometer hoogte is verdampt, is zo een langgerekt lichtspoor te zien in de vorm van een meteoor.
In gewone jaren zijn er maar tientallen Leoniden-meteoren per uur te zien. Maar soms zijn het er vele duizenden per uur en is er sprake van een 'meteorenregen'. Het spannendst van de Leoniden-meteorenregens is dat ze onvoorspelbaar zijn. Zo werden Amerikaanse waarnemers in november 1966 verrast toen 150.000 meteoren per uur langs de hemel schoten. Al eerder waren Leoniden-regens te zien geweest in 1799, 1833 en 1866. Aan de hand van de 33-jaarlijkse periode kon toen worden afgeleid dat de meteoren samenhingen met de al eerder genoemden moederkomeet die eens per 33 jaar om de zon scheert. Maar omdat het spektakel in 1899 en 1933 uitbleef, waren weinig waarnemers er in 1966 op bedacht.
Op 28 februari 1998 scheerde de Leoniden-komeet opnieuw langs de zon. Daardoor trekt de aarde nu nog door hoge stof- en gruisconcentraties van de komeetstaart. Meteorendeskundigen voorspelden voor 1998 en 1999 'superuitbarstingen'. In 1998 werden 'slechts' 250 meteoren per uur waargenomen. Maar in 1999 deed zich een opvlamming tot 2700 meteoren per uur voor. Ruimtevaartorganisaties waren zelfs bevreesd dat satellieten door de meteorenstorm zouden worden gezandstraald. Voor alle zekerheid werden kostbare instrumenten zoals de Hubble-ruimtetelescoop van de storm afgewend. Gelukkig deden zich toen geen ongelukken voor. Wel registreerden sterrenkundigen lichtflitsen op de maan. Die werden veroorzaakt door in de maanbodem inslaande Leoniden. In 2000 viel de activiteit weer tegen met een maximale ZHR (aantal meteoren per uur in het zenit) van 480. In 2001 werd daarentegen een ZHR van 1200 waargenomen.
Is er een kans dat dit jaar een meteorenstorm optreedt? Dat hangt er vanaf door welk deel van de zwerm de aarde dit jaar trekt. Op grond van een analyse van de waarnemingen van de vorige jaren is nu een beter inzicht verkregen in de verdeling van de zwerm. Op grond daarvan is de volgende voorspelling uitgebracht voor na elkaar optredende maxima:
In het eerste geval gaat het om een stofbuis die de komeet tijdens zijn periheliumpassage van 1767 achterliet. In het tweede geval gaat het om een stofbuis uit 1866. Omdat het bij ons dan al overdag is, is dit maximum alleen vanuit Noord-Amerika en Azië te zien.
De Leoniden-radiant (rode punt) omstreeks 03 u. plaatselijke tijd.
Illustratie: Science@NASA
Mis de Leoniden dit jaar niet! Hoewel niets zo onvoorspelbaar is als dit soort verschijnselen, is er altijd de kans dat zich iets unieks kan voordoen. Door een lokale verdichting in het meteoroïdenspoor kan bijvoorbeeld op een onvoorspeld tijdstip verhoogde activiteit optreden. Begin daarom met waarnemen rond 23.30 u., als de Leoniden-radiant boven de horizon komt.
Het is dit jaar trouwens de laatste keer dat we iets bijzonders met de Leoniden kunnen verwachten. Hierna neemt de activiteit af, tot een matige zwerm overblijft van zo'n 15 meteoren per uur. In 2006 en 2007 zou in theorie nog een korte opvlamming kunnen optreden. Wachten op de volgende terugkeren van de komeet in 2033 en 2066? De modellen voorspellen helaas dat Jupiter de banen van de meteoroïden dusdanig zal verstoren dat ze in 2033 en 2066 te ver van aarde zullen passeren. Pas in 2099 zou zich weer een storm kunnen voordoen.
Carl Koppeschaar
10 november 2002
Belangrijk is het om de bekende wolkenvrije locatie in de zuidelijke Provence daarbij als alternatief achter de hand te hebben. Ook locaties flink zuid of zuidwest van Estartit zijn bij sommige stromingspatronen flink in het voordeel wat betreft opklaringen. De aanwezigheid van de Pyreneeën en enkele bergruggen in ZO-Frankrijk en NO-Spanje zullen daarbij als natuurlijk hulpmiddel (wolkenmuur) worden benut. Om al die uitwijklocaties dus nog met redelijk gemak te kunnen bereiken is gekozen voor de huidige uitvalsbasis. Men neemt dus geen enkel risico en hoopt door de mobiliteit van het team de kans op een succesvolle waarneemactie verder te vergroten.
Naast de WGM-mensen kiezen een aantal leden van de Dutch Meteor Society Zuidoost-Spanje als waarneemplaats. Hun actie start vanaf 17 november.
Jacob Kuiper
10 november 2002
Omdat de wereldzeeën ook grote witte vlekken zijn in het meteorenwaarnemingsnetwerk, zou een waarnemingscampagne vanaf koopvaardijschepen een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de inhoud van de totale dataset. Vorig jaar is in nauw overleg met de Port Marine Officer van het KNMI een plan opgesteld om het netwerk van selected ships, dat al regulier meteorologische waarnemingen op de wereldzeeën verricht, gedurende een paar dagen te vragen niet alleen de gebruikelijke meteorologische metingen te verrichten maar gedurende de nachtelijke uren ook de sterrenhemel in de gaten te houden. In het bijzonder werd gevraagd op te letten of men meteoren ziet verschijnen en bij te houden welke aantallen vallende sterren per tijdseenheid werden waargenomen. Die speciale waarnemingscampagne bleek bijzonder succesvol. Vele tientallen schepen deden mee en daarmee werd ook van verafgelegen oceaanlocaties een beeld bekend van de meteorenactiviteit.
Ook in 2002 is weer een oproep aan de scheepsbemanningen gedaan om de komende november alert te zijn en weer waarnemingen te verrichten, ditmaal tussen 17 en 21 november, met de nadruk op de 19e november 2002.
De PMO heeft daarnaast de speciale waarneeminstructie ook aan zijn buitenlandse collega’s doorgestuurd met het verzoek om ook de bemanningen van de in hun landen geregistreerde schepen op de hoogte te brengen. Het betreft hier de veel grotere vloten van bijvoorbeeld Amerika en Groot Brittannië. Ook de PMO’s in Rusland, Japan, Duitsland en Frankrijk is verzocht de instructies aan hun selected ships door te zenden.
Voortbordurend op de succesvolle waarnemingscampagne van vorig jaar, ontstond het idee om ook vliegtuigbemanningen te vragen of men mee wil doen aan het waarnemen van de Leoniden rond 19 november. Het meedoen is geheel op vrijwillige basis en uiteraard geheel afhankelijk van de mogelijkheden die de crew tijdens de vlucht ter beschikking heeft. Eén groot voordeel hebben zij op al hun collega’s waarnemers op zee en vanaf land en dat is het zicht op een heldere hemel. De kans dat men vanuit het toestel een heldere hemel aantreft is een enorm stuk groter vergeleken met de ground/sea-based locaties.
Om meteoren goed waar te kunnen nemen, dient men zelf op een plaats met weinig verlichting te zijn. In de nachtelijke vliegtuigcockpit is die situatie mogelijk. Uit waarnemingen in 2001 blijkt dat ten tijde van het maximum soms per minuut meer dan 50 meteoren werden waargenomen. Dergelijke aantallen zijn zodanig hoog dat ook vanuit de beperkte zichthoek die een cockpit op de hemel biedt nog steeds veel meteoren zichtbaar zouden moeten zijn. Van enkele piloten die ik vorig jaar sprak, kwam de bevestiging dat zij inderdaad veel vallende sterren hadden gezien.
Het loont zeker de moeite, indien men tijdens een vlucht juist op de goede plaats en tijd van het Leonidenmaximum zit, ook de vliegtuigpassagiers te attenderen op het zeldzame hemelverschijnsel dat zich buiten afspeelt aan de nachtelijke hemel. Uiteindelijk zal van alle binnengekomen waarnemingen een overzicht worden samengesteld en worden sterrenkundige organisaties in binnen- en buitenland op de hoogte gebracht van de resultaten.
Het is aan ieder om te bepalen in welke vorm hij/zij aandacht wil besteden aan het gebeuren. Wil men alleen ‘recreatief’ observeren en geen tellingen uitvoeren dan moet men dat voor zichzelf beslissen, maar mocht men, indien zich de kans voordoet, ook tellingen willen vastleggen dan zijn die gegevens zeer welkom bij de campagneleider. Op dit moment zijn waarnemingsinstrukties onder de aandacht van de piloten gebracht.
WAARNEMINGEN KUNNEN WORDEN GESTUURD NAAR HET VOLGENDE E-MAILADRES:
kuiper@knmi.nl
Jacob Kuiper