Het Parool

Juli 6, 2005

Alarmerende cijfers ministerie - kwart licht boel op - rammelen aan alle kanten ; in utrecht zijn ze erg braaf - of de controle is slecht

BERT STEINMETZ

AMSTERDAM - De lijst met bijstandsgegevens, inclusief fraude, op de website van het ministerie van Sociale Zaken, geeft verkeerde informatie. Dat blijkt bij het nagaan van die cijfers bij de Amsterdamse Dienst Werk en Inkomen (DWI), waarin de sociale dienst is opgegaan.

Lang niet alles wat het ministerie onder fraude meerekent, is werkelijk fraude. Ook de berekening van het fraudepercentage klopt niet.

De site van het ministerie geeft het aantal 'geconstateerde fraudegevallen' in 2004, en meldt hoeveelprocent dat is van het aantal huishoudens met een bijstandsuitkering. In Amsterdam: 10.760 fraudegevallen, ofwel 26 procent van de 41.340 bijstandsuitkeringen.

Maar een persoon kan meermalen fraude hebben gepleegd. Het aantal huishoudens waarin fraude is geconstateerd, is dus lager. In Amsterdam zijn dat er 7949, ruim negentien procent van alle bijstandsuitkeringen.

Dat percentage wordt nog lager als je niet, zoals het ministerie doet, het aantal uitkeringen per eind 2004 telt, maar het aantal huishoudens dat in de loop van het jaar een uitkering heeft ontvangen. Dat is in Amsterdam zo'n zevenduizend meer; dan kom je op 16,5 procent.

Bovendien spreekt de DWI niet van 'geconstateerde fraude', zoals het ministerie doet, maar van 'verwijtbare vorderingen' volgens de nieuwe Wet werk en bijstand, die vorig jaaris ingegaan.

Daaronder vallen regelrechte fraude, maar ook verstrekte bijstandsuitkeringen nadat iemand weer is gaan werken. Zodra diegene dat heeft gemeld, wordt de te veel betaalde uitkering teruggevorderd.

Vanwege de strenge formulering van de nieuwe wet valt dat onder 'verwijtbare vordering', maar van fraude is dus niet per se sprake, aldus de DWI. In hoeveel van de 7949 gevallen het daarom gaat, kan de dienst niet zeggen.

Wel staat vast hoe groot de fraude van enige omvang is. Vorig jaar zijn in Amsterdam ongeveer driehonderd strafzaken aangespannen wegens fraude van meer (vaak veel meer) dan zesduizend euro. Vijfhonderd andere zaken, waarbij het om een lager bedrag ging, rekent de DWI ook nog tot grote fraude.

In deze achthonderd zaken is in totaal acht miljoen euro teruggevorderd. De resterende ruim zevenduizend zaken van verwijtbare vordering beslaan zo'n zes miljoen euro. Het gaat vaak om kleine bedragen, gemiddeld ruim 850 euro per geval.

Het aantal huishoudens met een verwijtbare vordering daalt de afgelopen jaren. In 2002 waren het er nog 13.207, maar dat kwam vooral doordat in dat jaar achterstanden in controle en vordering zijn ingehaald. Het aantal huishoudens met een uitkering bedroeg toen 42.826.

In 2003 was het aantal huishoudens met een verwijtbare vordering 9392, op een totaal van 43.364 bijstandsuitkeringen.

Het betreft bovendien, benadrukt zowel het ministerie als de DWI, geconstateerde fraude. En sinds de invoering van de nieuwe Wet werk en bijstand wordt veel scherper gecontroleerd. Klanten krijgen eerder een huisbezoek, op grond van binnengekomen signalen, maar ook als gevolg van het doorlichten van de bestanden.

Ieder die een bijstandsuitkering aanvraagt, krijgt een huisbezoek. Alleen de aankondiging daarvan heeft al tot gevolg dat de helft van de aanvragen wordt ingetrokken.

In dat licht vindt de DWI de verschillen met andere grote steden op de site van het ministerie van Sociale Zaken verbazend.

Volgens die site is het aantal fraudegevallen in Amsterdam dus 10.760, op 41.340 bijstandsuitkeringen, 10,9 procent van de beroepsbevolking.

In Rotterdam, waar nauwelijks minder bijstandsuitkeringen zijn (38.530, ofwel 14,5 procent van de beroepsbevolking), zijn volgens de site 7420 fraudegevallen geconstateerd. En in Den Haag (21.445 bijstandsuitkeringen, 9,7 procent van de beroepsbevolking) maar 2550.

Maar het opvallendst is de score in Utrecht. Daar zijn vorig jaar op 8715 huishoudens met bijstand (6,5 procent van de beroepsbevolking) 380 fraudegevallen geconstateerd.

Terwijl het aantal bijstandsuitkeringen dus eenvijfde is van dat in Amsterdam, zou het aantal fraudegevallen een schamele 3,5 procent zijn van dat in de hoofdstad. Dat betekent dat ofwel de bevolking van Utrecht uitzonderlijk braaf is, ofwel dat de controle daar zwaar tekortschiet.

Het ministerie van Sociale Zaken kan er niets van zeggen. De gegevens op de site zijn afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), dat de cijfers weer van de gemeenten zelf krijgt.

Wel geeft een woordvoerder van het ministerie toe dat vermelding van het aantal fraudegevallen als percentage van het aantal huishoudens met een bijstandsuitkering, niet correct is. Dat wekt de indruk dat er meer wordt gefraudeerd dan het geval is. Bij de nieuwe lijst, volgend jaar, wordt daarnaar gekeken.

In Amsterdam dus geen fraude bij ruim een kwart van de bijstandsuitkeringen, zoals de site suggereert. Bij negentien procent is wat terug te vorderen - dat is al hoog genoeg.